Használati útmutató Progress PBP5320X

Progress sütő PBP5320X

Olvassa el alább 📖 a magyar nyelvű használati útmutatót Progress PBP5320X (80 oldal) a sütő kategóriában. Ezt az útmutatót 6 ember találta hasznosnak és 2 felhasználó értékelte átlagosan 4.5 csillagra

Oldal 1/80
Gebruiksaanwijzing
User Instructions
PBP 5320
Inbouwoven
Built-in oven
2 progress
Veiligheidsinstructies
Stap-voor-stap handleiding
Adviezen
Milieu-informatie
Handleiding voor de gebruiksaanwijzing
)
Inhoud
Dit apparaat beantwoordt aan de volgende EEG-Richtlijnen:
- 2006/95 (laagspanningsrichtlijn);
- 89/336 (EMC-richtlijn);
- 93/68 (Algemene richtlijn);
en de daarop volgende wijzigingen.
Waarschuwingen en belangrijke veiligheidsinstructies....................................................... 3
Beschrijving van het apparaat .......................................................................................... 5
Bedieningspaneel ............................................................................................................. 6
Eerste installatie ............................................................................................................... 7
Functiesymbolen ............................................................................................................ 10
Gebruik van de oven ...................................................................................................... 11
Programmeren van de oven ........................................................................................... 18
Speciale functies ............................................................................................................ 20
Bak-tabellen................................................................................................................... 23
Reiniging en onderhoud ................................................................................................. 25
Het oplossen van problemen.......................................................................................... 36
Technische gegevens ..................................................................................................... 37
Instructies voor de installateur ........................................................................................ 38
Instructies voor de inbouw ............................................................................................. 39
Klantenservice................................................................................................................ 40
FABRIKANT:
ELECTROLUX HOME PRODUCTS ITALY S.p.A.
Viale Bologna, 298
47100 FORLÌ (Italy)
3 progress
Waarschuwingen en belangrijke veiligheidsinstructies
Bewaar de bij dit apparaat geleverde gebruiksaanwijzing zorgvuldig. Mocht het
apparaat aan derden doorgegeven of verkocht worden, of indien u het apparaat
wanneer u gaat verhuizen in uw oude woning achterlaat, dan is het van groot belang
dat de nieuwe gebruiker over deze gebruiksaanwijzing en de aanwijzingen kan be-
schikken.
Deze aanwijzingen zijn bedoeld voor de veiligheid van de gebruikers en hun
huisgenoten. Lees ze dus aandachtig door, voordat u het apparaat aansluit en/of in
gebruik neemt.
Opstellen
· Het installeren dient te gebeuren door
deskundig personeel, met inachtneming
van de bestaande voorschriften. De af-
zonderlijke installatiewerkzaamheden
zijn beschreven in de instructies voor de
installateur.
· Laat installatie en aansluiting uitvoeren
door een vakman, volgens de richtlijnen
waarvan hij op grond van zijn vakkennis
op de hoogte is.
· Mochten er op grond van de installatie
aanpassingen aan de stroomvoorziening
nodig zijn, dan dienen ook die door een
vakman te worden aangebracht.
· Deze oven is afhankelijk van de uitvoe-
ring gemaakt als los apparaat of als
combinatieapparaat met elektrische
plaat voor eenfaseaansluiting op 230 V.
Werking
· Deze oven is bedoeld voor het bereiden
van gerechten; gebruik hem nooit voor
andere doeleinden.
· Wees extra voorzichtig wanneer u met
de oven werkt. Door de grote hitte van
de verwarmingselementen zijn rooster
en overige onderdelen erg heet.
· Indien u - om welke reden dan ook - alu-
miniumfolie mocht gebruiken voor het
bereiden van gerechten in de oven, laat
dit dan nooit in direct contact komen
met de bodem van de oven.
· Ga bij het reinigen van de oven voorzichtig
te werk: sproei nooit vloeistof op het vetfil-
ter (indien aanwezig), de verwarmingsele-
menten en de thermostaatsensor.
· Het is gevaarlijk, veranderingen aan te
brengen aan het apparaat of aan de ei-
genschappen ervan.
· Tijdens het bakken, braden en grilleren
worden het venster van de oven en de
overige delen van het apparaat heet.
Houd kinderen daarom uit de buurt van
het apparaat. Wanneer u elektrische ap-
paratuur aansluit op stopcontacten in de
buurt van de oven, dan dient u erop te
letten dat aansluitleidingen niet in aanra-
king komen met hete kookzones of klem
komen te zitten in de hete ovendeur.
· Gebruik altijd ovenwanten, om vuur-
vaste hete schalen of pannen uit de
oven te halen.
· Regelmatig schoonmaken voorkomt
verslechtering van het oppervlakte-
materiaal.
· Schakel voor het schoonmaken van de
oven de stroom uit, of haal de stekker uit
het stopcontact.
· Zorg ervoor dat de oven in de stand
«UI staat wanneer hij niet meer wordt
gebruikt.
· Het apparaat mag niet met een
stoomreiniger worden gereinigd.
· Gebruik geen schuurmiddelen of
scherpe metalen krabbers. U kunt kras-
sen maken op de ruiten van de deur, wat
ertoe kan leiden dat de ruiten barsten.
Veiligheid van personen
· Dit apparaat is bestemd voor gebruik
door volwassenen. Het is gevaarlijk om
het door kinderen te laten gebruiken of
hen ermee te laten spelen.
5 progress
Beschrijving van het apparaat
Accessoires
Rooster
Bakplaat
Braadslede
1. Bedieningspaneel
2. Ventilatiesleuf voor afkoelventilatie
3. Grill
4. Binnenverlichting
5. Oven-ventilator
6. Typeplaatje
1
4
3
6
2
5
6 progress
Bedieningspaneel
Drukknoppen
1. AAN/UIT
2. Oven-functietoets
3. Snelopwarmfunctie
4. Pyrolytische reinigingsfunctie
5. Verlagingstoets “ (tijd of temperatuur)
6. Verhogingstoets “ ” (tijd of temperatuur)
7. Kookwekker / bereidingsduur / einde bereidingsduur
Gaar—
functies
Tijds
indicatie
Temperatuur—
indicatie
Opmerking
Als de stroom uitvalt blijven de instellin-
gen (klok, ingesteld of lopend programma)
ongeveer 3 minuten in het programma-
geheugen bewaard. Als de stroom langer uit-
valt, worden alle instellingen gewist. Als de
stroomtoevoer weer hersteld is, knipperen de
cijfers in het display. De klok en de timer moe-
ten in een dergelijk geval wel opnieuw wor-
den ingesteld.
Alle functies van de oven worden elektro-
nisch geregeld.
U kunt willekeurige combinaties van gaar-
functies, gaartemperaturen en automatische
tijdinstellingen kiezen.
1 2 3 4 5 6 7
7 progress
Om het juiste tijdstip van de dag in te
stellen:
1. Druk op de toets en, terwijl het
symbool knippert, stelt u met de toet-
sen of de tijd in (afb. 1).
Het pijltjessymbool van de tijd ver-
dwijnt ongeveer 5 seconden na weer-
gave van de precieze tijd.
2. Zodra het symbool niet meer knippert,
drukt u tweemaal op de toets.
Ga vervolgens te werk als onder punt 1.
Voor het eerste gebruik
Voordat u de oven in gebruik neemt, moet
de oven opgewarmd worden zonder voed-
sel.
Ga als volgt te werk om dat te doen:
1. Druk op de toets om de oven in te
schakelen.
2. Druk tweemaal op de toets en kies
de functie «Hete lucht» (afb. 2).
3. Zet de temperatuur op 250°C, gebruik
daarvoor de toets “ .
4. Laat de oven leeg ongeveer 45 minuten
lang in werking.
5. Open een raam voor de ventilatie.
Doe dit opnieuw met de functie «Boven-
en onderwarmten «Ventilatorgrill» gedu-
rende zo’n 5-10 minuten.
Verwijder al het verpakkings-
materiaal binnen en buiten, voor-
dat u de oven in gebruik neemt.
Wanneer de oven voor het eerst op de
elektriciteit wordt aangesloten, verschijnt in
het display automatisch 12:00 en het sym-
bool knippert.
Verzeker u ervan dat het juiste tijdstip van
de dag is ingesteld voor het eerste gebruik
van de oven.
Eerste installatie
Afb. 1
Afb. 2
8 progress
“Aan-/Uit” - toets
Voor het instellen van gaarfuncties of an-
dere programma’s moet de oven worden in-
geschakeld. Als de knop is ingedrukt,
verschijnt in het display het ovensymbool en
de oververlichting wordt ingeschakeld (afb.
4).
Om te oven uit te schakelen, kunt u de
knop . te allen tijde indrukken. Alle gaar-
functies of programma’s worden beëindigd,
de ovenverlichting wordt uitgeschakeld en in
de tijdindicatie verschijnt alleen nog de tijd
van de dag.
U kunt de oven te allen tijde uitschakelen.
Zo kiest u een bereidingsfunctie
1. Schakel de oven in door op de toets
te drukken.
2. Druk op de toets om de gewenste
functie te selecteren. Elke keer dat toets
wordt ingedrukt, wordt een functie-
symbool zichtbaar in het display en links
van het geselecteerde functiesymbool
verschijnt het bijbehorende functie-
nummer (afb. 5).
3. Wanneer de vooraf ingestelde tempera-
tuur niet geschikt is, dan stelt u met de
toets ” of de temperatuur in. Het
temperatuurniveau kan in stappen van 5
graden worden ingesteld.
- Met het stijgen van de temperatuur in de
oven begint het thermometersymbool
langzaam te stijgen en geeft daarmee de
daadwerkelijke oventemperatuur aan.
Wanneer de gewenste temperatuur is
bereikt, dan weerklinkt een kort akoes-
tisch signaal en het thermometer-
symbool gaat branden.
Afb. 3
Afb. 5
Afb. 4
Gedurende deze tijd kan er een onaange-
naam luchtje ontstaan. Dit is heel normaal.
Het wordt veroorzaakt door fabricageresten.
Laat de oven vervolgens afkoelen en reinig
dan de ovenruimte met een in warm zeepsop
vochtig gemaakte doek. Reinig ook de roosters
en bakplaten voor het eerste gebruik grondig.
Pak, om de deur te openen, altijd de handgreep
in het midden vast (afb. 3).
9 progress
De temperatuur en de tijd instellen
Druk de toetsen en in, om de
vooraf ingestelde temperatuur te verhogen of
verlagen, terwijl het symbool °knippert (afb.
6). De maximale temperatuur bedraagt
25C.
Druk de toetsen en in, om de
vooraf ingestelde temperatuur te verhogen of
verlagen, terwijl het symbool knippert.
Veiligheidsthermostaat
Om te voorkomen dat de oven overver-
hit raakt (door onjuist gebruik van het appa-
raat of vanwege defecte onderdelen), is de
oven voorzien van een veiligheids-
thermostaat die indien nodig de stroom-
toevoer onderbreekt. Zodra de temperatuur
is gedaald, wordt de oven automatisch weer
ingeschakeld.
Als de veiligheidsthermostaat is geacti-
veerd vanwege onjuist gebruik van het ap-
paraat, hoeft u (nadat de oven is afgekoeld)
alleen de fout te verhelpen. Is de thermo-
staat echter geactiveerd vanwege een de-
fect onderdeel, neem dan contact op met
de klantenservice.
Koelventilator
De koelventilator koelt de oven en het
bedieningspaneel. De ventilator wordt nadat
de oven enkele minuten in werking is auto-
matisch ingeschakeld. Warme lucht wordt
door het paneel in de buurt van de greep
van de ovendeur uitgeblazen. Nadat de
oven is uitgeschakeld, blijft de ventilator
mogelijk nog even lopen om de bedienings-
elementen te koelen. Dit is helemaal nor-
maal.
De werking van de ventilator hangt af
van hoe lang en op welke tempera-
tuur de oven gebruikt is. Het is moge-
lijk dat de ventilator helemaal niet in-
geschakeld wordt op lagere
temperatuurinstellingen of als de
oven maar korte tijd gebruikt is.
Afb. 6
10 progress
Hete lucht - Bij deze instelling
kunt u op meerdere niveaus tege-
lijkertijd braden of bakken en bra-
den, zonder dat dit tot aroma-
overdracht leidt. Vooraf ingestelde
temperatuur: 175°C
Boven- en onderwarmte - De
warmte komt van boven en bene-
den en wordt gelijkmatig in de
ovenruimte verdeeld. Vooraf inge-
stelde temperatuur: 200°C
Onderwarmte - De warmte komt
alleen van het onderste
verwarmingselement in de oven-
ruimte. Bij deze instelling kunt u
gerechten heel goed afmaken.
Vooraf ingestelde temperatuur:
250°C
Ventilatorgrill - Dit is een
alternatieve gaarmethode voor
gerechten die anders met de nor-
male grill worden bereid. Het grill-
element en de ventilator van de
oven werken samen, zodat de
hetelucht rond de gerechten cir-
culeert. Vooraf ingestelde tempe-
ratuur: 180°C
Maximumtemperatuur: 200 °C.
Grill - Via de grill gaat snel directe
warmte naar het middelste ge-
deelte van de grillpan. Met de grill
kunnen goed kleinere hoeveelhe-
den worden gegrilleerd. Op deze
wijze kan ook energie worden be-
spaard. Vooraf ingestelde tempe-
ratuur: 250 °C
Ontdooien - De ventilator
circuleert de hetelucht zonder
warmte bij kamertemperatuur in
de ovenruimte. Deze functie is
bijzonder geschikt om kwetsbare
levensmiddelen te ontdooien, die
door opwarmen beschadigd
raken, bijvoorbeeld taarten met
crèmevulling, ijstaarten, gebak,
brood en bakwaren van gistdeeg.
Pyrolytische reiniging - Met deze
functie kunt u de ovenruimte
grondig reinigen.
1
2
3
5
6
7
Functiesymbolen
4
11 progress
Gebruik van de oven
Belangrijk! - Bekleed de oven niet
met aluminiumfolie, en leg geen bak-
platen e.d. op de bodem, aangezien
anders het email van de oven bescha-
digd raakt door de optredende
warmtestuwing. Zet potten en pan-
nen, hittebestendige potten en pan-
nen alsmede aluminiumplaten altijd
op het plateau, dat in één van de
inzetniveaus is geschoven. Bij het ver-
warmen van levensmiddelen komt
stoom vrij net als in een ketel. Wan-
neer de stoom in aanraking komt met
de glazen deur van de oven, wordt er
condens gevormd en ontstaan er
waterdruppels.
Warm de lege oven altijd 10 minuten
voor, om condensvorming te beperken.
Wij adviseren u na elke bereiding de wa-
terdruppels weg te vegen.
De ovendeur moet tijdens het
gaarproces gesloten zijn.
Ga bij het openen van de ovendeur
zorgvuldig te werk. Laat de deur niet
„open vallen“, maar gebruik de deur-
greep, tot de deur helemaal is geo-
pend.
De oven heeft vier inzetniveaus.
De plaatsen voor het plateau worden
van de bodem van de oven geteld,
zoals aangegeven in de afbeelding.
De plateaus moeten hoe dan ook op
de juiste manier worden ingezet (zie
afbeelding).
Zet vaatwerk en pannen niet direct op
de bodem van de oven.
4
3
2
1
12 progress
Hete lucht
De gerechten worden gegaard met hete
lucht, die via een ventilator aan de achter-
wand van de oven gelijkmatig in de binnen-
ruimte van de oven wordt verdeeld.
De warmte komt snel en gelijkmatig in
alle ovenzones terecht. Dat betekent dat u
tegelijkertijd verschillende gerechten op
meerdere niveaus kunt bakken, braden en
stoven.
Deze gaarfunctie biedt de volgende
voordelen:
-Sneller voorverwarmen
Doordat de heteluchtoven snel op tempe-
ratuur komt, is het over het algemeen niet nodig
om de oven voor te verwarmen. Wellicht heeft
u echter toch 5-7 minuten extra bereidingsduur
nodig. Voor recepten die hogere temperaturen
vereisen, zoals brood, pasteien, scones of
soufflés, verkrijgt u de beste resultaten als de
oven eerst wordt voorverwarmd.
-Lagere temperaturen
Bereiding met hete lucht vereist over het
algemeen lagere temperaturen dan berei-
ding met boven- en onderwarmte.
Houd de aanbevolen temperaturen in de
bak- en braadtabel aan. Denk eraan, de
temperaturen van uw eigen recepten voor
boven- en onderwarmte met 20-25 °C te
verlagen.
-Gelijkmatige warmteverdeling
bij het bakken
De oven met ventilator verwarmt alle
inzetniveaus gelijkmatig. Dit betekent dat
verschillende baksels met hetzelfde voedsel
tegelijk in de oven bereid kunnen worden.
De baksels op het bovenste niveau kunnen
echter iets bruiner worden dan die op het
onderste niveau.
Dit is helemaal normaal. Aromas en
geuren worden daarbij niet van het ene op
het andere gerecht overgedragen.
Hoe gebruikt u de heteluchtfunctie
1. Oven inschakelen.
2. Druk daarvoor op de toets oven-func-
ties , tot het symbool op het
display verschijnt.
3. Indien nodig met de toetsen “ ” of “
de temperatuur instellen.
13 progress
Boven- en onderwarmte
- De warmte wordt het beste verdeeld bij
gebruik van het middelste niveau. Wan-
neer u wilt dat uw baksel een bruinere
bodem krijgt, moet u het op een lager ni-
veau in de oven zetten. Wanneer u wilt
dat uw baksel een bruinere bovenkant
krijgt, moet u het op een hoger niveau in
de oven zetten.
- Het materiaal en de afwerking van de
bakplaten en schalen is van invloed op de
mate waarin het voedsel een bruin korstje
krijgt. Email, donker, zwaar en met teflon
gecoat bakgerei bevorderen het bruinen,
terwijl bakgerei van glas, glanzend alumi-
nium of gepolijst edelstaal warmte reflec-
teren en afremmen.
- Zet gerechten altijd in het midden van het
rooster, om een gelijkmatige bruining te
garanderen.
- Plaats schalen op een bakplaat van de
juiste afmeting, om te voorkomen dat er
voedsel op de bodem van de oven wordt
gemorst en ervoor te zorgen dat de oven
gemakkelijker kan worden gereinigd.
-Zet nooit gerechten, blikken of
bakgerei direct op de bodem van de
oven, omdat die erg heet wordt en het
vaatwerk kan beschadigen. Als u deze
instelling gebruikt komt de warmte van de
bovenste en onderste verwarmings-
elementen. Daarmee kunt u gerechten
op één enkel niveau bereiden. Dit is bij-
zonder geschikt voor gerechten, waarvan
de bodem extra bruin moet worden, bijv.
quiches en flans.
Gratins, lasagnes en ovenschotels die
ook wat extra bruinering aan de bovenkant
vergen kunnen ook heel goed bereid worden
in de conventionele oven.
Gebruik van boven- en onderwarmte
1. Oven inschakelen.
2. Functie boven-/onderwarmte kiezen;
Druk daarvoor op de toets oven-functies
, tot het symbool op het display
verschijnt.
3. Indien nodig met de toetsen “ ” of “
de temperatuur instellen.
14 progress
Onderwarmte
Deze functie is bijzonder geschikt voor
het bakken van taart- en vlaaibodems, en
voor het afbakken van quiches resp. flans,
om ervoor te zorgen dat de quiche- resp.
taartbodem gaar is.
Grilleren
- Te grilleren gerechten moeten altijd op het
rooster van de grillplaat worden ge-
plaatst, om ervoor te zorgen dat de lucht
optimaal kan circuleren en het gerecht
niet in het afdruipende vet resp. grillsap
drijft. Als u dat wilt, kunt u gerechten zo-
als bijv. vis, lever en niertjes direct op de
grillplaat leggen.
- Droog het voedsel vóór het grillen goed
af, zodat het niet gaat spatten. Strijk ma-
ger vlees en vis licht in met een beetje olie
of gesmolten boter, zodat de gerechten
tijdens de bereiding mals blijven.
- Meegegrilleerde bijlagen zoals bijv. toma-
ten of paddenstoelen kunnen tijdens het
grillen van vlees onder het grillrooster (di-
rect op de grillplaat) worden gelegd.
- Voor het roosteren van brood raden wij u
aan het bovenste inzetniveau te gebrui-
ken.
- Indien nodig moet het voedsel tijdens de
bereiding worden omgedraaid.
Gebruik van de grill
De grill levert snelle directe warmte voor
het midden van de grillplaat. Door de kleine
grill te gebruiken voor de bereiding van klei-
nere hoeveelheden kunt u energie besparen.
1. Oven inschakelen.
2. Functie grill kiezen; druk daarvoor op de
toets oven-functies , tot het symbool
op het display verschijnt.
3. Indien nodig met de toetsen “ ” of
de temperatuur instellen.
4. Kies het passende inzetniveau voor grill-
pan en rooster, al naargelang of het om
platter of dikker grillgoed gaat. Volg ver-
volgens de instructies voor het grillen op.
15 progress
Ventilatorgrill
Dit is een alternatieve bereidings-
methode voor gerechten die anders met de
normale grill bereid worden. Grillelement en
ventilator werken samen, zodat de hete
lucht rond de gerechten circuleert. De
noodzaak om het voedsel te controleren en
om te draaien is daardoor minder.
Ventilatorgrill minimaliseert kookluchtjes in
de keuken.
Met uitzondering van toast en biefstuk-
ken, die van binnen rood moeten blijven,
kunt u alle levensmiddelen met hete lucht
bereiden die u normaal met boven- en
onderwarmte zou bereiden. Het bereiden
verloopt geleidelijker; ventilatorgrill vergt
daarom iets meer tijd dan conventioneel
grillen. Een van de voordelen is dat grotere
hoeveelheden tegelijkertijd bereid kunnen
worden.
1. Oven inschakelen.
2. Functie ventilatorgrill kiezen; druk
daarvoor op de toets oven-functies ,
tot het symbool op het display
verschijnt.
3. Evt. op de toetsen “ of ” drukken,
om de temperatuurinstelling aan te pas-
sen.
Maximumtemperatuur: 200 °C.
4. Kies het passende inzetniveau voor grill-
pan en rooster, al naargelang of het om
platter of dikker grillgoed gaat. Volg ver-
volgens de instructies voor het grillen op.
Ontdooien
De ventilator loopt zonder warmte en laat
de lucht bij kamertemperatuur in de binnen-
ruimte van de oven circuleren. Hierdoor
wordt het voedsel sneller ontdooid. De tem-
peratuur in de keuken beïnvloedt echter de
ontdooitijd.
Deze functie is bijzonder geschikt om
kwetsbare levensmiddelen te ontdooien, die
door opwarmen beschadigd raken, bijvoor-
beeld taarten met crèmevulling, ijstaarten,
16 progress
gebak, brood en bakwaren van gistdeeg.
Gebruik van de ontdooifunctie
1. Druk voor het inschakelen van de oven
op de toets .
2. Functie Ontdooien kiezen; druk daarvoor
op de toets Oven-functies , tot het
symbool op het display verschijnt.
3. Het display geeft de melding “def”.
Adviezen
Bakken:
Bakgoed vraagt gewoonlijk om een ge-
middelde temperatuur (150°C-200°C).
Daarom dient de oven ca. 10 minuten lang te
worden voorverwarmd.
Doe de ovendeur niet open voordat drie-
kwart van de baktijd is verstreken.
Bak kruimeldeeg in een springvorm of op
een bakblik tot tweederde van de baktijd.
Vervolgens kunt u het garneren en afbakken.
De verdere baktijd hangt af van de soort en
hoeveelheid garnering of vulling. Biscuitdeeg
moet moeilijk van de lepel lopen. Door te
vloeibaar deeg zou de baktijd onnodig langer
duren.
Worden twee bakplaten met gebak tege-
lijkertijd in de oven geschoven, dan moet tus-
sen de platen een inzetniveau open worden
gelaten.
Worden twee bakplaten met gebak tege-
lijkertijd in de oven geschoven, dan moeten
de platen na ongeveer 2/3 van de baktijd van
boven naar beneden verwisseld en gedraaid
worden.
Braden:
Neem geen braadstukken die minder
wegen dan 1 kg. Kleinere stukken kunnen
tijdens het braden uitdrogen. Donker vlees,
dat van buiten goed gebraden maar van bin-
nen roze tot rood moet blijven, moet bij een
hogere temperatuur (20C-25C) worden
gebraden.
Licht vlees, gevogelte en vis hebben
daarentegen een lagere temperatuur (150°C-
17C) nodig. Doe bij een korte bereidings-
tijd de ingrediënten voor de saus of jus direct
aan het begin in de braadslede. In andere
gevallen worden ze het laatste halfuur toege-
17 progress
voegd.
U kunt controleren of het vlees gaar is met
behulp van een lepel: als het vlees niet kan
worden ingedrukt, is het gaar. Rosbief en
ossenhaas, die van binnen roze moeten blij-
ven, moeten op een hogere temperatuur en
in kortere tijd worden gebraden.
Bij het bereiden van vlees direct op het
rooster de braadslede in het onderliggende
inzetniveau schuiven.
Laat het braadstuk minstens 15 minuten
staan, zodat het vleesvocht niet kan weglo-
pen.
Om rookvorming in de oven te beperken,
kunt u een beetje water in de braadslede gie-
ten. Om condensvorming te voorkomen, een
paar keer water toevoegen. Borden kunnen
tot zij geserveerd worden in de oven op de
laagste temperatuur warm gehouden wor-
den.
Voorzichtig!
De oven niet met aluminiumfolie
bekleden en geen kookgerei,
geen braadslede of bakplaat op
de bodem leggen, aangezien an-
ders het email van de oven door
de optredende warmtestuwing
beschadigd raakt.
Bereidingstijden
De bereidingstijden kunnen verschillen al
naar gelang de samenstelling, ingrediënten
en hoeveelheid vocht in de afzonderlijke ge-
rechten.
Noteer de instelgegevens bij de eerste
keer bereiden resp. braden, om bij bereiding
van dezelfde gerechten in de toekomst erva-
ring te kunnen opdoen.
U kunt de aangegeven waarden in de ta-
bellen aanpassen op basis van uw eigen er-
varingen.
18 progress
Programmeren van de oven
Zo stelt u de kookwekker in
1. Gebruik de toets om de kookwekker-
functie te selecteren. Het overeenkom-
stige symbool knippert en op het
bedieningspaneel verschijnt0.00” (afb.
7).
2. Stel met de toets de gewenste tijd in.
De maximale tijdsduur is 23 uur 59 minu-
ten. Nadat dit is ingesteld, wacht de
kookwekker 3 seconden, waarna hij be-
gint te lopen.
3. Na afloop van de geprogrammeerde tijd
hoor u een akoestisch signaal.
4. Druk op een willekeurige toets om het
signaal uit te schakelen.
Als de oven op dit moment werkt,
wordt hij NIET uitgeschakeld.
De kookwekker kan ook gebruikt
worden als de oven uitgeschakeld is.
De instelling van de kookwekker wijzi-
gen:
Druk op de toets , tot de symbolen
en gaan knipperen.
Nu kunt u de instelling van de kook-
wekker wijzigen. Druk daarvoor op de toets
” of “ .
Zo schakelt u de kookwekker uit:
druk op toets , tot de symbolen en
gaan knipperen.
De toets indrukken om de tijds-
aanduiding te resetten, tot het display “0.00
aangeeft (afb. 8).
Zo programmeert u een uitschakeltijd
van de oven
1. Zet gerechten in de oven, schakel de
oven in, kies de gewenste functie en stel
indien nodig de gewenste temperatuur in.
2. De toets indrukken, om de functie
Bereidingsduur te kiezen. Het
bereidingsduursymbool knippert en
op het display wordt “0.00” aangegeven
(afb. 9).
Afb. 7
Afb. 8
Afb. 9
19 progress
3. Terwijl het symbool knippert, met de
toets ” de gewenste tijd instellen. De
maximale tijdsduur is 23 uur 59 minuten.
De programmeerfunctie wacht 3 secon-
den, waarna hij begint te lopen.
4. Na afloop van de geprogrammeerde tijd
wordt de oven automatisch uitgescha-
keld. Er weerklinkt een akoestisch signaal
en op het bedieningspaneel verschijnt
“0.00”.
5. Druk op een willekeurige toets om het
signaal uit te schakelen.
Zo annuleert u de bereidingstijd:
1. Druk op de toets , tot het symbool
knippert.
2. Druk op de toets om de tijds-
aanduiding te resetten, tot het display
“0.00aangeeft (afb. 10).
Zo programmeert u het in-/uitschakelen
van de oven
1. Stel de bereidingsduur in zoals beschre-
ven in het betreffende hoofdstuk.
2. Druk op toets , tot de functie voor het
einde van de bereidingsduur gese-
lecteerd is en het betreffende symbool
knippert. Op het bedieningspaneel wordt
het eind van de bereidingsduur (actuele
tijd plus aangegeven gaartijd ) weergege-
ven - (afb. 11).
3. Druk op de toets om het gewenste
einde van de bereidingsduur te selecte-
ren.
4. 3 seconden na het instellen begint de
programmaschakelaar te lopen.
5. De oven wordt automatisch in- en weer
uitgeschakeld. Wanneer de oven wordt
uitgeschakeld, klinkt er een akoestisch
signaal.
6. Druk op een willekeurige toets om het
signaal uit te schakelen.
Indien u het programma wilt annuleren,
annuleert u eenvoudig de ingestelde
tijdsduur.
Afb. 10
Afb. 11
20 progress
Speciale functies
Automatische uitschakeling van de oven
Wanneer de instellingen niet worden ge-
wijzigd, wordt de oven automatisch volgens
onderstaande tabel uitgeschakeld (afb. 12).
Temperatuurinstelling: Uitschakeling
oven:
250°C na 3 uur
van 200 tot 245°C na 5,5 uur
van 120 tot 195°C na 8,5 uur
minder dan 120°C na 12 uur
Restwarmtefunctie
Als er een bereidingsduur is ingesteld,
wordt de oven automatisch een paar minu-
ten voor het einde van de geprogrammeerde
bereidingsduur uitgeschakeld, zodat de ge-
rechten in de oven zonder verder energie-
verbruik helemaal gaar worden. Alle actuele
instellingen worden getoond tot de
bereidingsduur is afgelopen.
Bij een bereidingsduur van minder dan 15
minuten kunt u deze functie niet gebruiken.
Kinderblokkering voor de oven
De bedieningselementen op de oven kunnen
geblokkeerd worden, zodat de oven niet per
ongeluk door kinderen kan worden inge-
schakeld.
1. Schakel de oven uit en druk op de toets
.
2. Druk tegelijkertijd de toetsen en
ongeveer 3 seconden lang in. Een akoes-
tisch signaal weerklinkt en de melding
„SAFE“ verschijnt op het display (afb. 13).
3. De oven is nu geblokkeerd. Er kunnen nu
geen afzonderlijke functies en ook geen
temperatuur geselecteerd worden.
Zo deblokkeert u de oven:
Druk de toetsen en tegelijkertijd
ongeveer 3 seconden in. Er klinkt een akoes-
tisch signaal en de weergave „SAFE” ver-
dwijnt. Nu kan de oven weer worden be-
diend.
Afb. 12
Afb. 13
21 progress
Snelopwarmfunctie
Na selectie van een bereidingsfunctie en
van de temperatuur warmt de oven lang-
zaam op tot de gewenste temperatuur is
bereikt. Dit duurt 10 tot 15 minuten, afhanke-
lijk van de geselecteerde functie en tempera-
tuur.
Als de noodzakelijke temperatuur sneller
bereikt moet worden, kunt u de snelopwarm-
functie gebruiken.
1. Druk voor het inschakelen van de oven
op de toets .
2. Stel de gewenste bereidingsfunctie en
temperatuur in zoals beschreven op de
voorgaande pagina’s.
3. Druk voor het kiezen van de temperatuur
op de toets “ of ”. De temperatuur
wordt in het display aangegeven.
4. Druk op toets . In het temperatuurdis-
play verschijnt „FHU(afb. 14).
5. Druk op toets . Het symbool “°” knip-
pert ongeveer 10 seconden lang. Nu
kunt u de temperatuur selecteren. Druk
daarvoor op de toets “ of ”.
6. Nadat de gewenste temperatuur bereikt
is, klinkt een korte signaaltoon en in de
temperatuurweergave verschijnt weer de
ingestelde temperatuur.
Deze functie is bij alle bereidingsfuncties en
temperaturen beschikbaar.
Demo-modus
Deze modus is bedoeld voor
speciaalzaken om de ovenfuncties te
presenteren zonder stroomverbruik, afgezien
van de binnenverlichting, het display en de
ovenventilator. Deze functie kan alleen bij
eerste aansluiting worden ingeschakeld.
Na een stroomuitval kan de demo-modus
alleen worden ingeschakeld, wanneer in het
display 12:00 en het symbool
automatisch knipperen.
1. De toets ca. 2 seconden indrukken.
Er klinkt een kort signaal.
Afb. 14
22 progress
2. Druk de toetsen en tegelijkertijd
in. Er klinkt een kort signaal en op het
display verschijnt 12:00 (afb. 15).
Bij het inschakelen van de oven verschijnt
het symbool op het display.Dat betekent
dat de demo-modus geactiveerd is.
Alle functies van de oven kunnen
geselecteerd worden.
De oven is niet echt in werking en de
verwarmingselementen worden niet
ingeschakeld.
Schakel de oven uit en ga zoals
hierboven beschreven te werk om de demo-
modus weer uit te schakelen.
De demo-modus blijft bij stroomuitval
in het programma opgeslagen.
Informatietoon regeltoets
U kunt de oven zodanig instellen dat er
altijd een signaal te horen is wanneer u op
een toets drukt. Deze functie kan alleen bij
een uitgeschakelde oven worden geacti-
veerd.
1. Druk de toetsen en tegelijkertijd
ongeveer 3 seconden in. Het signaal
klinkt één keer (afb. 16).
Zo deactiveert u de informatietoon regel-
toets:
1. Druk bij een ingeschakelde oven de toets
in, zodat de oven wordt uitgescha-
keld.
2. Drukt u de toetsen en tegelijker-
tijd ongeveer 3 seconden in. Het signaal
klinkt één keer.
Foutcodes
Het elektronische programmageheugen
voert voortdurend een systeemdiagnose uit.
Wanneer sommige parameters niet kloppen,
worden de betreffende functies
uitgeschakeld en op het display verschijnt de
bijbehorende foutcode (afb. 17).
Meer hierover vindt u in het hoofdstuk
“Het oplossen van problemen“.
Afb. 15
Afb. 17
Afb. 16
23 progress
Boven- en onderwarmte en hete lucht
Tijden zijn exclusief voorverwarmen.
Lege oven altijd 10 Minuten voorverwarmen.
De aangegeven temperaturen zijn richtlijnen. Zo nodig moeten de temperaturen aan uw persoonlijke
wensen worden aangepast.
(*) Indien u tegelijkertijd meerdere gerechten bereidt, dan adviseren wij, deze op de tussen
haakjes aangegeven niveaus te plaatsen.
Bak-tabellen
GEBAK
Roerdeeg 2 170 2 (1 en 3)* 160 45-60 Taartvorm
Zandtaartdeeg 2 170 2 (1 en 3)* 160 20-30 Taartvorm
Karnemelk-kaaskoek 1 175 2 165 60-80 Taartvorm
Appeltaart 1 170 2 (1 en 3)* 160 90-120 Taartvorm
Strudel 2 180 2 160 60-80 Bakplaat
Jamtaart 2 190 2 (1 en 3)* 180 40-45 Taartvorm
Cake 2 170 2 150 60-70 Taartvorm
Scones 1 170 2 (1 en 3)* 165 30-40 Taartvorm
Stol 1 150 2 150 120-150 Taartvorm
Pruimentaart 1 175 2 160 50-60 Broodpan
Kleine taart 3 170 2 160 20-35 Bakplaat
Biscuits 2 160 2 (1 en 3)* 150 20-30 Bakplaat
Schuimgebak 2 135 2 (1 en 3)* 150 60-90 Bakplaat
Met gist gebakken koekjes 2 200 2 190 12~20 Bakplaat
Gebak: Soezendeeg 2 of 3 210 2 (1 en 3)* 170 25-35 Bakplaat
Taartjes 2 180 2 170 45-70 Taartvorm
BROOD EN PIZZA
Witbrood 1 195 2 185 60-70
Roggebrood 1 190 1 180 30-45 Broodpan
Broodjes 2 200 2 (1 en 3)* 175 25-40 Bakplaat
Pizza 2 200 2 200 20-30 Bakplaat
FLANS
Pasta-flan 2 200 2 (1 en 3)* 175 40-50 Bakvorm
Groente-flan 2 200 2 (1 en 3)* 175 45-60 Bakvorm
Quiches 1 210 1 190 30-40 Bakvorm
Lasagne 2 200 2 200 25-35 Bakvorm
Cannelloni 2 200 2 200 25-35 Bakvorm
VLEES
Rund 2 190 2 175 50-70 Rooster
Varken 2 180 2 175 100-130 Rooster
Kalf 2 190 2 175 90-120 Rooster
Engelse rosbief
rood 2 210 2 200 50-60 Rooster
rosé 2 210 2 200 60-70 Rooster
doorbakken 2 210 2 200 70-80 Rooster
Varkensschouder 2 180 2 170 120-150 met zwoerd
Varkenspoot 2 180 2 160 100-120 s stuks
Lamsvlees 2 190 2 175 110-130 Bout
Kip 2 190 2 200 70-85 Heel
Kalkoen 2 180 2 160 210-240 Heel
Eend 2 175 2 220 120-150 Compleet
Gans 2 175 1 160 150-200 Compleet
Konijn 2 190 2 175 60-80 In stukken
Haas 2 190 2 175 150-200 In stukken
Fazant 2 190 2 175 90-120 Compleet
Gebraden gehakt 2 180 2 170 totaal.. 150 Broodpan
VIS
Forel/zeebrasem 2 190 2 (1 en 3)* 175 40-55 3-4 vissen
Tonijn/zalm 2 190 2 (1 en 3)* 175 35-60 4-6 filets
GERECHT
Boven- en onderwarmte
Hete lucht
Temp.
C)
Temp.
C)
4
3
2
1
Grilltijd
in minuten
OPMERKINGEN
4
3
2
1
Niveau Niveau
24 progress
De aangegeven temperaturen zijn richtlijnen. Zo nodig moeten de
temperaturen aan uw persoonlijke wensen worden aangepast.
Grilleren
1e kant
Temp.C)
Stuks gr.
Hoeveelheid Bereidingstijd
(minuten)
2e kant
Grilleren
GERECHT
Filetsteaks 4 800 3 250 12~15 12~14
Biefstuk 4 600 3 250 10~12 6~8
Grillworst 8 / 3 250 12~15 10~12
Varkenskotelet 4 600 3 250 12~16 12~14
Haantje (in 2 helften) 2 1000 3 250 30~35 25~30
Spiezen 4 / 3 250 10~15 10~12
Kippenborst 4 400 3 250 12~15 12~14
Hamburger* 6 600 2 250 20-30
*500'voorverwarmen
Visfilet 4 400 3 250 12~14 10~12
Belegd toastbrood 4~6 / 3 250 5~7 /
Sneeën witbrood 4~6 / 3 250 2~4 2~3
Niveau
Ventilatorgrill
4
3
2
1
Bij het ventilatorgrill stelt u een maximale temperatuur in van 200°C.
Tijden zijn exclusief voorverwarmen.
Lege oven altijd 10 Minuten voorverwarmen.
1e kant
Temp.(°C)
Stuks gr.
Hoeveelheid Bereidingstijd
(minuten)
2e kant
Grillen met hete lucht
GERECHT
Rollade (kalkoen) 1 1000 3 200 30~40 20~30
Kip (in helften) 2 1000 3 200 25~30 20~30
Kippenpoot 6 - 3 200 15~20 15~18
Kwartel 4 500 3 200 25~30 20~25
Groentegratin - - 3 200 20~25 -
St. Jacobsschelpen - - 3 200 15~20 -
Makreel 2-4 - 3 200 15~20 10~15
Vis moten 4-6 800 3 200 12~15 8~10
4
3
2
1
Niveau
25 progress
Trek voordat u de oven gaat
schoonmaken altijd eerst de
stekker uit het stopcontact en
laat de oven afkoelen.
Het apparaat mag niet worden
gereinigd met een stoomreiniger.
Belangrijk: Vóór alle reinigings-
werkzaamheden het apparaat beslist
spanningloos maken.
Voor een lange levensduur is het nodig,
regelmatig de volgende reinigings-
werkzaamheden uit te voeren:
Maak de oven pas schoon als deze is af-
gekoeld.
Maak de geëmailleerde delen schoon
met een sopje.
Gebruik geen schuurmiddelen.
Droog de onderdelen van roestvrij staal
en de glasplaat met een zachte doek.
Gebruik bij hardnekkige vlekken normaal
verkrijgbare reinigingsmiddelen voor
roestvrij staal of warme azijn.
Het email van de oven is uiterst duur-
zaam en in hoge mate resistent. Inwerking
van hete vruchtenzuren (citroen, pruim en
dergelijke) kan echter blijvende, matte en
ruwe vlekken op het emailoppervlak achter-
laten. Dergelijke vlekken op het hoog-
glanzende oppervlak van het email hebben
echter geen invloed op de functies van de
oven. Reinig de oven grondig na elk gebruik.
Zo kunt u verontreinigingen het makkelijkst
verwijderen. Verder inbranden wordt daar-
door voorkomen.
Reinigingsmiddelen
Controleer voor het gebruik van
schoonmaakmiddelen altijd of deze ge-
schikt zijn voor uw oven en of ze door de fa-
brikant worden aanbevolen.
Reinigingsmiddelen met bleekmiddel
mogen NIET worden gebruikt, aangezien
deze de toplaag van de oppervlakken dof
kunnen maken. Gebruik geen agressieve
schuurmiddelen.
Reiniging en onderhoud
Buitenkant reinigen
Neem regelmatig het bedieningspaneel,
de ovendeur en de afdichting af met een
zachte, goed uitgewrongen doek met warm
water en wat vloeibaar reinigingsmiddel.
Gebruik in geen geval de volgende mid-
delen, om beschadiging van de glazen
ovendeur te vermijden:
Huishoudreiniger en bleekwater
Geïmpregneerde reinigingssponzen, die
niet geschikt zijn voor kookpannen met
anti-aanbaklaag
Brillo- of staalwolsponsjes
Chemische ovensponsjes of spuitbus-
sen
• Roestverwijderaars
Vlekverwijderaars voor wasbakken/aan-
rechten
Reinig het venster aan de binnen- en
buitenkant met een warm sopje. Mocht de
binnenkant van de glazen deur erg vuil zijn,
gebruik dan reinigingsproducten als Hob
Brite. Gebruik geen krabber om aan-
gekoekt vuil te verwijderen.
26 progress
Pyrolytische reiniging
De oven is bekleed met een speciaal
hittebestendig email.
Tijdens de pyrolytische zelfreiniging kan
de temperatuur in het binnenste van de oven
oplopen tot meer dan 500 °C en zo etensres-
ten verbranden.
Voor uw eigen veiligheid wordt de oven-
deur tijdens de pyrolytische reiniging automa-
tisch vergrendeld, zodra de temperatuur in de
binnenruimte ca. 300 °C bereikt.
Na beëindiging van de zelfreiniging blijft
de ovendeur vergrendeld tot de oven is afge-
koeld.
De koelventilator blijft in werking tot de
oven is afgekoeld. Het wordt geadviseerd alle
voedselresten na de bereiding met een natte
spons te verwijderen.
Van tijd tot tijd is echter een intensievere
reiniging nodig, die u met de functie van de
pyrolytische zelfreiniging kunt uitvoeren. Af-
hankelijk van de vervuiling van de oven kunt u
twee niveaus van pyrolytische zelfreiniging
kiezen.
Als de oven niet erg is vervuild, dan raden
wij aan de pyrolytische 1 functie (P I) op het
programmeerdisplay te kiezen.
Het is zinvol, de oven na elke pyrolytische
reiniging af te nemen met een zachte spons
die met zeepsop vochtig is gemaakt.
Als de binnenkant van de oven erg is
vervuild, dan raden wij aan de pyrolytische 2
functie (P 2) op het programmeerdisplay te
kiezen.
Tijdens de pyrolytische schoonmaak-
functie kan de oven gedurende 2 uur niet
worden gebruikt als de Pyr 1 functie is geko-
zen en 2 1/2 uur als de Pyr 2 functie actief is.
Na een aantal bak- en
braadprocessen en afhankelijk van
de mate van vervuiling van de oven
adviseert de Pyro Reminder een
pyrolytische reinigingsfunctie uit te
voeren. Er klinkt een signaal en op
het display brandt de melding Pyro
ca. 15 seconden, er klinkt een
tweede signaal.
Kies afhankelijk van de mate van
vervuiling van de oven de geschikte
pyrolytische reinigingsfunctie.
Zolang er geen complete
reinigingsfunctie wordt uitgevoerd,
verschijnt telkens wanneer de oven
wordt uitgeschakeld de melding van
de Pyro Reminder op het display.
27 progress
Gebruik van de pyrolytische zelfreiniging
Voordat u de pyrolytische
schoonmaakfunctie inschakelt,
moet alle vuil worden verwijderd
en moet u controleren of de oven
leeg is. Laat niets in de oven zit-
ten (bijv. pannen, roosters, bak-
plaat, braadslede, enz.), deze
kunnen ernstig beschadigd ra-
ken.
Vergewist u zich er voor het in-
schakelen van de pyrolytische
reinigingsfunctie van of de oven-
deur gesloten is.
Gebruik tijdens de pyrolytische
reiniging het kookraam niet, om-
dat het apparaat hierdoor over-
verhit en beschadigd kan raken.
Tijdens de pyrolytische reiniging
wordt de ovendeur erg heet. Houd
kinderen uit de buurt totdat de
oven is afgekoeld.
Kies voor de pyrolytische zelfreiniging
deze functie.
De volgende pyrolytische
reinigingsniveaus zijn beschikbaar:
Pyrolyse 1 (P I), duur : 2 uur = 30 min.
opwarming +1 uur met 480°C + 30 min.
afkoeltijd.
Pyrolyse 2 (P 2), duur : 2 uur 30 min. = 30
min. opwarming +1 uur 30 min. met 480°C +
30 min. afkoeltijd.
De duur van de pyrolytische reiniging kan
niet worden veranderd.
Voor het uitvoeren van de pyrolyse
moeten de inhangroosters volledig
worden verwijderd.
Verwijderen
Houd het inhangrooster aan de ene kant
van de oven vast en schroef de kartelschroef
voor eruit. Til het inhangrooster achter op om
het uit de oven te halen.
28 progress
Ga met het inhangrooster aan de andere kant
op dezelfde wijze te werk.
Reiniging
De beide inhangroosters alleen met in de
handel gebruikelijke schoonmaakmiddelen
buiten reinigen.
De inhangroosters mogen in de vaatwasser
worden gereinigd.
Breng de inhangroosters na het reinigen
weer aan; Ga daarbij in omgekeerde volg-
orde te werk.
Controleer voordat u de oven-
roosters in de oven schuift, of de
kartelschroeven weer goed zijn
vastgedraaid.
Schakel de pyrolytische reinigingsfunctie
op de volgende wijze in:
1. Schakel met de toets de oven in.
Druk zo lang op toets tot het symbool
van de functie Pyro (niveau 1 - P I)
op het display verschijnt (afb. 18).
Het symbool en de melding
Pyro knipperen tegelijkertijd op het
display, er klinkt een signaal (afb. 19).
Dit betekent dat u voor het inschakelen
van de pyrolytische reiniging alle
voorwerpen en de inhangroosters uit de
binnenruimte van de oven moet
verwijderen.
2. Het symbool Bereidingsduur
knippert 5 seconden; druk gedurende die
tijd op de toets of om
pyrolytische functie 1 (P I) of 2 (P 2) te
kiezen (afb. 20).
3. Nadat u de pyrolytische functie heeft
gekozen, begint het symbool Pyro op het
display te knipperen en wacht op de
bevestiging dat de reinigingscyclus kan
worden gestart.
4. Druk ter bevestiging van de gewenste
pyrolytische functie op de toets . De
melding Pyro knippert niet meer en het
symbool verdwijnt, het
akoestische signaal stopt, de
Afb. 20
Afb. 19
Afb. 18
29 progress
binnenverlichting gaat uit en de
pyrolytische reiniging begint (afb. 21).
Naarmate de temperatuur in de oven
toeneemt, stijgt het
thermometersymbool langzaam en
geeft daarmee de temperatuurstijging in
het binnenste van de oven aan.
5. Na een tijdje wordt de ovendeur
vergrendeld en het bijbehorende
symbool verschijnt (afb. 22). Nu is
de toets niet meer actief.
Na afloop van de pyro ly tische
zelfreiniging geeft het display de tijd van de
dag aan. De ovendeur blijft vergrendeld.
Zodra de oven is afgekoeld, klinkt een
akoes tisch signaal, het symbool
verdwijnt en de deur wordt ontgrendeld.
U kunt de pyrolytische reinigingscyclus
op elk moment ond erbreken. D ruk
daarvoor op de toets .
OPMERKING: Bij de tijdaanduiding
is de afkoeltijd inbegrepen. Mocht u
tijdens het verloop van de
pyrolytische zelfreiniging een
kookfunctie inschakelen, dan wordt
de reinigingscyclus automatisch
onderbroken.
Na het vergrendelen van de
ovendeur is de selectie van alle
kookfuncties geblokkeerd.
Wacht tot de ovendeur ontgrendeld
is voordat u de oven gaat gebruiken.
Afb. 21
Afb. 22
30 progress
Programmering van de pyrolytische
reinigingscyclus (starttijdkeuze,
automatisch stoppen)
Wanneer u dat wilt, kunt u
programmeren, wanneer de pyrolytische
reiniging moet starten en stoppen.
1. Schakel met de toets de oven in. Druk
zo lang op toets tot het symbool van
de functie Pyro (niveau 1 - P I) op
het display verschijnt.
De melding Pyro en het symbool
knipperen tegelijkertijd op het
display en er klinkt een geluidssignaal. Dit
betekent dat u voor het inschakelen van
de pyrolytische reiniging alle voorwerpen
en de inhangroosters uit de binnenruimte
van de oven moet verwijderen (zie het
vorige hoofdstuk).
2. Het symbool Bereidingsduur
knippert gedurende enkele seconden;
Druk gedurende die tijd op de toets ‘
of om pyrolytische functie 1 (P I) of 2
(P 2) te kiezen.
3. Nadat u de pyrolytische functie heeft
gekozen, begint het symbool Pyro op het
display te knipperen en wacht op de
bevestiging dat de reinigingscyclus kan
worden gestart.
Druk op dit moment op de tijdfunctietoets
(afb. 23). Het symbool Einde
bereiding en het pijlsymbool
knipperen. op het bedieningspaneel
wordt het einde van de bereidingsduur
(daadwerkelijke tijd plus aangegeven
bereidingsduur) getoond.
Druk op ‘ ’ of ’ om de gewenste tijd
van het eind van de cyclus te selecteren
(afb. 23). Na een paar seconden
knipperen de melding Pyro en het
symbool niet meer, het
geluidssignaal stopt en het symbool
Bereidingsduur knippert tot de
pyrolytische reinigingscyclus begint.
Afb. 23
31 progress
4. Na een tijdje wordt de ovendeur
vergrendeld en het bijbehorende
symbool verschijnt.
Na afloop van de pyrolytische reiniging
wordt het tijdstip van de dag op het display
weergegeven. De ovendeur is vergrendeld.
Zodra de oven is afgekoeld, klinkt een
akoestisch signaal en de ovendeur wordt
ontgrendeld.
U kunt de pyrolytische reinigingscyclus
op elk moment onderbreken; Druk daarvoor
op de toets .
32 progress
Afb. 24
Afb. 25
Afb. 26
Afb. 27
De ovendeur
De ovendeur bestaat uit drie glasplaten.
De ovendeur kan worden gedemonteerd en
de binnenste glasplaten kunnen worden
verwijderd, om het schoonmaken
gemakkelijker te maken.
Belangrijk - Verwijder de
ovendeur voordat u de deur gaat
reinigen. De ovendeur kan
tijdens het monteren plotseling
dichtvallen, als u de binnenste
glasplaten aan het verwijderen
bent.
Ga als volgt te werk:
1. Open volledig te deur.
2. Bepaal de positie van de twee
scharnieren (afb. 24).
3. Hef en draai aan de hendels op de twee
scharnieren (afb. 25).
4. Pak de deur aan de zijkanten vast en doe
hem voorzichtig dicht maar niet
VOLLEDIG (afb. 26).
5. Trek de deur naar voren en verwijder
hem uit de inkeping (afb. 26).
6. Plaats de deur op een stabiel oppervlak
waarop een zachte doek is gelegd, om
te voorkomen dat het oppervlak wordt
beschadigd (afb. 27).
)
33 progress
Afb. 28
Afb. 29
Afb. 30
90°
1
2
1
2
Afb. 31
7. Ontgrendel het vergrendelsysteem om
de binnenste glasplaten te verwijderen
(afb. 28).
8. Draai de 2 houders 90° en verwijder ze
uit hun zitting (afb. 29).
9. Hef voorzichtig de bovenste plaat en
haal hem eraf (afb. 30).
10. Herhaal de procedure die beschreven is
onder punt 9. voor de middelste plaat,
die aan vier zijkanten voorzien is van een
sierlijst (afb. 31).
34 progress
Afb. 32
Afb. 33
Reinig de ovendeur met lauw water en
een zachte doek. Gebruik geen producten
zoals schuursponsjes, staalwol,
schuurmiddelen of zuren, omdat ze het
speciaal warmtereflecterend oppervlak van
de binnenste glasplaten kunnen
beschadigen.
Na het reinigen dient u de glasplaten
weer in de deur aan te brengen, volg hierbij
de omgekeerde volgorde van de hier boven
beschreven procedure. Zorg ervoor dat u de
platen correct aanbrengt.
Om deze handeling correct uit te
voeren dient u als volgt te werk te
gaan:
a) de middelste afdekplaat, die op de vier
zijkanten voorzien is van een lijst, moet
zodanig terug worden aangebracht dat
de afdruk naar buiten is gericht. De zijde
van de glasplaat is correct aangebracht
als de afdruk op de plaat niet ruw aanvoelt,
als u met uw vingers over het oppervlak
wrijft.
De middelste glasplaat moet worden
aangebracht in de rechter zitting, zoals
weergegeven in afb. 32.
b) de bovenste plaat moet worden
aangebracht zoals weergegeven in afb.
33.
Nadat de glasplaten opnieuw zijn
aangebracht in de ovendeur, dient u in
omgekeerde volgorde de procedure te volgen
die beschreven staat onder punt 8., om
ervoor te zorgen dat de platen vergrendeld
worden.
Maak de ovendeur nooit schoon
als hij warm is, de ruiten zouden
kunnen barsten. Als u krassen of
scheuren in de glasplaat consta-
teert, onmiddellijk contact opne-
men met de Klantenservice en de
ruiten laten vervangen.
)
35 progress
)
Vervangen van de binnenverlichting
Neem het apparaat van de
stroomvoorziening zodat ook de
zekering uitgeschakeld wordt.
Als het ovenlampje moet worden ver-
vangen, dan moet dit voldoen aan de vol-
gende eisen:
- Vermogen: 40 W
- Voltage: 230 V (50 Hz)
- Hittebestendigheid tot 300 °C
- Soort aansluiting: E14
Deze lampen zijn verkrijgbaar bij uw vak-
handelaar.
Zo vervangt u de ovenlamp:
1. Vergewist u zich er eerst van dat de oven
is afgekoeld en van de stroom-
voorziening is gescheiden.
2. Draai vervolgens de glazen afdekking
van de lamp linksom.
3. Verwijder de doorgebrande lamp en
plaats een nieuwe.
4. Breng de glazen afdekking weer aan en
sluit de oven weer aan op de stroom-
voorziening.
Reinigen van de ovendeurdichting
Rond de opening van de oven is een
afdichting aangebracht.
Controleer de toestand van deze
afdichting regelmatig.
Wanneer u beschadigingen aan
de afdichting vaststelt, bel dan
direct de dichtstbijzijnde klanten-
service. Gebruik de oven niet,
zolang de afdichting niet is
vervangen.
Modellen van roestvrij staal of alumi-
nium:
Maak de ovendeur en het
bedieningspaneel van roestvrij staal of
aluminium schoon met een vochtige spons
en droog hem daarna zorgvuldig af met een
zachte doek. Gebruik geen metaalsponsjes,
staalwol, zuren of schuurmiddelen die krassen
op het oppervlak kunnen veroorzaken.
36 progress
Wanneer het apparaat niet goed werkt, controleer dan het volgende, voordat u zich tot
het Electrolux Service-Center wendt.
Het oplossen van problemen
OPLOSSING
druk op toets en kies vervolgens een
bereidingsfunctie.
of
Heeft de zekering in de meterkast gereageerd?
of
Is de kinderblokkering voor de oven of de auto-
matische uitschakeling actief?
of
Is per ongeluk de demo-modus geactiveerd?
of
Controleer of het apparaat correct is aangeslo-
ten en de stopcontactschakelaar of de netst-
roomtoevoer op AAN staan.
Druk op toets en kies vervolgens een
bereidingsfunctie.
of
Controleer de gloeilamp, en vervang deze in-
dien nodig (zie Vervangen van de
binnenverlichting“).
Eventueel moet de temperatuur worden gewij-
zigd,
of
Raadpleeg de inhoud van deze gebruiksaan-
wijzing, met name het hoofdstuk „Gebruik van
de oven“.
Laat de gerechten na het bereiden niet langer
dan 15 - 20 minuten in de oven staan.
Controleer of de roosters en het bakgerei niet
tegen het achterpaneel van de oven trillen.
Wij verzoeken u de foutcode te noteren en
door te geven aan de dichtstbijzijnde
klantenservice.
Klok gelijk zetten (zie hoofdstuk "Om het juiste
tijdstip van de dag in te stellen").
PROBLEEM
De oven gaat niet aan.
De binnenverlichting van de
oven brandt niet.
Het bereiden van de gerechten
duurt te lang, of ze worden te
snel gaar.
Damp en condens slaan neer op
de gerechten en in de oven-
ruimte.
De ovenventilator maakt lawaai.
De foutcode F gevolgd door
cijfers verschijnt op het display.
Het display geeft12.00.
37 progress
Technische gegevens
Vermogen verwarmingselementen
Onderwarmte 1000 W
Boven- en onderwarmte 1800 W
Hete lucht 1825 W
Grill 1650 W
Ventilatorgrill 1675 W
Pyrolytische reiniging 2475 W
Ovenverlichting 40 W
Motor van de heteluchtventilator 25 W
Motor koelventilator 25 W
Totale aansluitwaarde 2740 W
Bedrijfsspanning (50 Hz) 230 V
Inbouw
Hoogte onder bovenkant 600 mm
in kolom 587 mm
Breedte 560 mm
Diepte 550 mm
Inzet
Hoogte 335 mm
Breedte 395 mm
Diepte 400 mm
Ovencapaciteit 53 l
38 progress
Instructies voor de installateur
Inbouw en installatie moeten
uitgevoerd worden met strikte
inachtneming van de geldende
voorschriften. Elke ingreep mag
slechts plaatsvinden als het
apparaat uitgeschakeld is.
Ingrepen mogen uitsluitend
worden uitgevoerd door een
erkend installateur.
De fabrikant kan niet
aansprakelijk gesteld worden als
de veiligheidsvoorschriften niet
opgevolgd worden.
Aansluiten op netstroom
Let voor het aansluiten op het volgende:
- De zekering en de huisinstallatie moeten
op de max. belasting van het apparaat
berekend zijn (zie typeplaatje).
- De huisinstallatie moet voorzien zijn van
een aardaansluiting overeenkomstig de
voorschriften en voldoen aan de betref-
fende geldende voorschriften.
- Het stopcontact of de meerpolige
contactverbreker moeten ook na voltooi-
ing van de installatie van het apparaat
makkelijk bereikbaar zijn.
Het apparaat wordt geleverd met een
aansluitsnoer waarop een standaard stekker
is bevestigd, die geschikt is voor de totale
aangegeven elektrische spanning die op het
typeplaatje staat. De stekker moet in een
geschikte wandcontactdoos worden gesto-
ken.
De volgende typen aansluitsnoeren zijn
geschikt, met inachtneming van de nomi-
nale doorsneden:
H07RN-F, H05RN-F, H05RR-F, H05VV-
F, H05V2V2-F (T90), H05BB-F.
Als de aansluiting zonder stekker wordt
uitgevoerd, of als de stekker tussen het ap-
paraat en de aansluiting op het stroomnet
niet toegankelijk is, moet er tussen het ap-
paraat en de aansluiting op het stroomnet
een meerpolige stroomonderbreker (bijv.
zekeringen, LS-schakelaar) met een mini-
male afstand tussen de contacten van 3
mm aangebracht worden. De schakelaar
mag de aardleiding nergens onderbreken.
De geel-groene aardleiding dient 2-3 cm
langer te zijn dan alle andere kabels.
Het aansluitsnoer moet in ieder geval
zodanig geplaatst zijn, dat het nergens 5C
(boven kamertemperatuur) bereikt.
Na voltooide aansluiting moeten de
verwarmingselementen gecontroleerd wor-
den, door ze ong. 3 minuten in werking te
stellen.
Klemmenbord
De oven is uitgerust met een gemakkelijk
toegankelijk klemmenbord, dat
geconstrueerd is voor gebruik op een
eenfase-stroomvoorziening van 230 V.
39 progress
Instructies voor de inbouw
Om een probleemloze werking van het
inbouwapparaat te kunnen waarborgen,
moeten de keukenmeubelen of de uitspa-
ring waarin het apparaat wordt ingebouwd
de geschikte afmetingen hebben.
In overeenstemming met de geldende
voorschriften moeten alle delen, die de be-
scherming tegen aanraking van onder span-
ning staande en geïsoleerde delen garande-
ren, zodanig bevestigd zijn, dat ze niet zon-
der gereedschap verwijderd kunnen wor-
den.
Hierbij hoort ook de bevestiging van
eventuele afsluitende kanten aan het begin
of einde van een rij inbouwapparaten.
De bescherming tegen aanraking moet
in ieder geval door het inbouwen gegaran-
deerd zijn.
Het apparaat kan met de achterkant of
zijkant tegen hogere keukenmeubelen, ap-
paraten of wanden worden geplaatst. Aan
de andere zijkant mogen er echter geen
andere apparaten of meubelen van dezelfde
hoogte als het apparaat geplaatst worden.
Afmetingen van oven (zie afbeelding)
Instructies voor de inbouw
Om een probleemloze werking van het
inbouwapparaat te kunnen waarborgen,
moeten de keukenmeubelen of de uitspa-
ring waarin het apparaat wordt ingebouwd
de geschikte afmetingen hebben.
550 MIN
600
560 - 570
80÷100
40 progress
Wanneer het probleem na de beschreven
controles niet kan wortden opgelost, bel dan
de dichtstbijzijnde klantenservice van de fa-
brikant en geef de aard van het defect, het
model van het apparaat (Mod.), het
productienummer (Prod. nr.) en het
fabricagenummer (Ser. nr.) aan, die u op het
typeplaatje van de oven vindt.
Klantenservice
Bevestiging in het meubel
1. Open de ovendeur.
2. Bevestig de oven met behulp van de vier
afstandhouders in het meubel (zie afbeel-
ding - A).
Deze passen exact in de gaten van het
frame. Draai vervolgens de vier mee-
geleverde houtschroeven (zie afbeelding
- B) vast.

Termékspecifikációk

Márka: Progress
Kategória: sütő
Modell: PBP5320X

Szüksége van segítségre?

Ha segítségre van szüksége Progress PBP5320X, tegyen fel kérdést alább, és más felhasználók válaszolnak Önnek




Útmutatók sütő Progress

Útmutatók sütő

Legújabb útmutatók sütő