Használati útmutató Ford Transit Connect (2006)
Olvassa el alább 📖 a magyar nyelvű használati útmutatót Ford Transit Connect (2006) (160 oldal) a autó kategóriában. Ezt az útmutatót 4 ember találta hasznosnak és 2 felhasználó értékelte átlagosan 4.5 csillagra
Oldal 1/160

Instructieboekje
FordTourneoConnect
FordTransitConnect
100% Ford. 100% tevredenheid.

De informatie in deze publicatie was correct ten tijde van het ter perse gaan. In het belang
van de technische ontwikkeling behouden wij ons het recht voor, specificaties, ontwerpen
of onderdelen zonder voorafgaande kennisgeving of verplichtingen te wijzigen. Deze
publicatie, of een deel daarvan, mag niet worden gereproduceerd of vertaald zonder onze
toestemming. Fouten of omissies uitgesloten.
© Ford Motor Company 2006
Alle rechten voorbehouden.
Onderdeelnummer: 7T1J-19A321-CA (CG3526nl) 06/2006 20060720170747

Inleiding
Over deze handleiding 5.....................
Overzicht van symbolen 5..................
Onderdelen en accessoires 5............
Kort overzicht
Veiligheidsuitrusting
voor kinderen
Kinderzitjes........................................10
Plaatsing van kinderzitjes 12...............
Zitverhogers 14.....................................
ISOFIX verankeringspunten 15...........
Kindersloten 17......................................
Bescherming van
inzittenden
Werking 18.............................................
Veiligheidsgordels vastmaken 22......
Hoogte van veiligheidsgordels
afstellen 23.........................................
Gebruik van veiligheidsgordels
tijdens zwangerschap 24................
Sleutels en afstandsbe-
diening
Algemene informatie over
radiofrequenties 25..........................
Programmeren van de
afstandsbediening 25......................
Batterij van afstandsbediening
vervangen 26.....................................
Sloten
Vergrendelen en
ontgrendelen 27................................
Motorstartblokkering
Werking 34............................................
Gecodeerde sleutels 34......................
Immobilisatiesysteem
inschakelen 36..................................
Immobilisatiesysteem
uitschakelen 36.................................
Alarm
Alarm inschakelen 37...........................
Alarm uitschakelen 37..........................
Stuurwiel
Stuurwiel afstellen 38...........................
Audiobediening 38...............................
Ruitenwissers en
ruitensproeiers
Voorruitwissers 40................................
Voorruitsproeiers 40............................
Achterruitwissers en
-sproeiers 40.....................................
Voorruitsproeiers afstellen 41.............
Ruitenwisserbladen
controleren 41....................................
Ruitenwisserbladen
vervangen 42.....................................
Verlichting
Verlichtingsbediening 43.....................
Voorste mistlampen 43.......................
Mistachterlichten 43.............................
Koplamphoogte afstellen 44..............
Waarschuwingsknipperlichten 46.....
Richtingaanwijzers 47..........................
Interieurverlichting 47...........................
1
Inhoudsopgave

Parkeerhulp
Werking 98............................................
Gebruik maken van de
parkeerhulp 98..................................
Transport
Algemene informatie 99......................
Dakrekken en bagagedragers 99.....
Bagagenetten 99.................................
Aanhangers trekken
Trekken van een aanhanger 101........
Tips voor het rijden
Algemene punten bij het rijden 102....
Inrijden 102.............................................
Nooduitrusting
Eerstehulpset 103.................................
Gevarendriehoek 103..........................
Staat na een
aanrijding
Onderbrekingsschakelaar
brandstoftoevoer 104.......................
Componenten van
veiligheidssysteem
inspecteren 105.................................
Zekeringen
Plaatsen zekeringenhouders 106......
Een zekering vervangen 108..............
Zekeringlabels 108................................
Specificatie-overzicht
zekeringen 110...................................
Bergen van de auto
Sleeppunten 111....................................
Auto op vier wielen slepen 112...........
Onderhoud
Algemene informatie 113.....................
De motorkap openen en
sluiten 114...........................................
Overzicht motorruimte - 1,8 l
Duratec-DOHC (Zeta) 115...............
Overzicht motorruimte - 1,8 l
Duratorq-TDDi (Lynx) diesel /1,8
l Duratorq-TDCi (Lynx) diesel
.......................................................116
Motorolie controleren 117....................
Motorkoelvloeistof
controleren 119..................................
Controle vloeistofpeil koppeling en
remsysteem 120...............................
Stuurbekrachtigingsvloeistof
controleren 120.................................
Ruitensproeiervloeistof
controleren 121..................................
Technische specificatie 121.................
Verzorging van de
auto
Reinigen van buitenzijde auto 123.....
Reinigen van binnenzijde auto 124.....
Kleine lakschade repareren 124.........
Accu van de auto
Onderhoud van de accu 125..............
Gebruik van startkabels 125...............
Accu vervangen 126............................
3
Inhoudsopgave

Velgen en banden
Een wiel vervangen 127.......................
Verzorging van banden 133................
Gebruiki van sneeuwkettingen 133....
Technische specificatie 134................
Voertuigidentificatie
Voertuigidentificatieplaatje 137...........
Voertuigidentificatienummer
(VIN) 137..............................................
Motornummer 137................................
LAV-plaatje (lastafhankelijke
remdrukregelklep) 137.....................
Technische specifi-
caties
Technische specificatie 138................
Typegoedkeuring
4
Inhoudsopgave

OVER DEZE
HANDLEIDING
Hartelijk dank voor het kiezen van
een Ford. Wij raden u aan de tijd te
nemen om uw auto goed te leren
kennen door dit instructieboekje
zorgvuldig te lezen. Hoe meer u van
uw auto afweet, des te beter kunt u
ermee omgaan en dat komt de
veiligheid en het rijplezier ten goede.
N.B.:
In dit instructieboekje worden
alle modellen en opties beschreven,
soms zelfs voordat deze leverbaar
zijn. Soms worden opties beschreven
waarmee uw auto niet is uitgerust.
N.B.:
Gebruik uw auto altijd volgens
de geldende regels en wetgeving.
N.B.:
Overhandig bij verkoop van uw
auto dit instructieboekje aan de
nieuwe eigenaar. Het instructieboekje
is een onderdeel van de auto.
OVERZICHT VAN
SYMBOLEN
Symbolen in dit
instructieboekje
WAARSCHUWING
U riskeert de dood of ernstige
verwonding van uzelf en
anderen wanneer u niet de
instructies opvolgt waarop u door dit
waarschuwingssymbool wordt
geattendeerd.
LET OP
U riskeert beschadiging van uw
auto wanneer u niet de
instructies opvolgt waarop u door dit
waarschuwingssymbool wordt
geattendeerd.
Symbolen op uw auto
Wanneer u deze symbolen ziet, lees
dan eerst de betreffende instructies
in dit instructieboekje en volg deze
op voordat u iets aanraakt of
probeert af te stellen.
ONDERDELEN EN
ACCESSOIRES
Originele Ford onderdelen en
accessoires zijn speciaal voor uw
auto ontwikkeld. Wij wijzen erop dat
niet-originele Ford onderdelen en
accessoires niet door Ford zijn
onderzocht en goedgekeurd tenzij
expliciet door Ford is aangegeven.
Wij kunnen niet instaan voor de
geschiktheid van dergelijke
producten. Wij raden u aan uw Ford
dealer te vragen of onderdelen en
accessoires geschikt zijn voor uw
auto.
5
Inleiding

Ontgrendelen
Transit Connect
E74805
Stand eenmaal om beide1
voorportieren te ontgrendelen.
Stand om alle2 tweemaal
portieren te ontgrendelen.
Achterportier: rechtsom draaien om
te ontgrendelen.
E74801
Druk de ontgrendeltoets op de
afstandsbediening in omeenmaal
beide voorportieren te ontgrendelen.
Druk de ontgrendeltoets op de
afstandsbediening tweemaal
binnen drie seconden in om alle
portieren te ontgrendelen.
E66522
Druk de ontgrendeltoets van de
laadruimte op de afstandsbediening
eenmaal om alleen de
achterdeuren en de schuifdeur(en)
te ontgrendelen.
Tourneo Connect
E74800
6
Kort overzicht

Draai de sleutel in een voorportier in
stand en vervolgens binnen drie1
seconden in stand .2
De centrale of de dubbele
vergrendeling kan ook via de
achterdeur worden geactiveerd.
Draai de sleutel in de aangeduide
richting voor het rechter voorportier.
E66524
Druk de vergrendelingstoets op de
afstandsbediening tweemaal
binnen drie seconden in. De
richtingaanwijzers knipperen
tweemaal ter bevestiging.
Klok gelijkzetten
Versie 1
E74265
Omschakel- en
terugsteltoets
A
•Draai de contactsleutel in stand .II
•Houd de toets minimaal drieA
seconden ingedrukt tot de
tijdsweergave op het display
knippert.
•Druk op toets om de minutenA
vooruit te zetten. de toetsHoud
ingedrukt om snel vooruit te gaan.
Om te wisselen tussen de 12 en 24
uurs cyclus zet u de contactsleutel in
stand en drukt u op toets .I A
Versie 2
Raadpleeg voor gedetailleerde
instructies hoe de klok moet worden
ingesteld de afzonderlijke handleiding
van de audio-installatie.
E83530
8
Kort overzicht

Druk op toets om de tijd weer teA
geven.
Voorruit ontdooien en
ontwasemen
E74666
Stel de maximum temperatuur in, zet
de luchtverdeelknop in de stand
voorruit en zet de
aanjagerschakelaar in stand . De4
airconditioning wordt automatisch
ingeschakeld om het ontdooien of
ontwasemen te ondersteunen.
Schakel eventueel de voor- en
achterruitverwarming in.
9
Kort overzicht

KINDERZITJES
E72336
WAARSCHUWINGEN
Bijzonder gevaarlijk! Plaats nooit
een kinderzitje op een stoel
waarvóór zich een airbag bevindt!
Oorspronkelijke tekst volgens
ECE R94.01: Extreme Hazard!
Do not use a rearward facing child
restraint on a seat protected by an
air bag in front of it!
Wanneer de airbag wordt
geactiveerd bestaat het gevaar
van ernstige verwonding of letsel met
fatale gevolgen.
WAARSCHUWINGEN
Breng altijd de hoofdsteun van
de achterbank omhoog
wanneer een kinderveiligheidszitje
wordt aangebracht of een persoon
erop plaatsneemt, schuif daarbij het
kinderveiligheidszitje niet van de bank
af.
N.B.:
Indien de auto betrokken is
geweest bij een aanrijding, laat dan
het kinderzitje door een deskundige
op beschadiging controleren.
N.B.:
Laat kinderen niet zonder
toezicht in het kinderveiligheidszitje
of in de auto achter.
N.B.:
Zorg er bij het vastzetten van
een kinderzitje met de
veiligheidsgordel altijd voor dat de
gordel niet is gedraaid of los zit.
WAARSCHUWING
Er bestaat gevaar van overlijden
of ernstige verwonding indien
de aanwijzingen van de fabrikant niet
worden opgevolgd of wanneer er op
enigerlei wijze wijzigingen aan het
kinderzitje worden aangebracht.
Volg bij het aanbrengen van een
kinderzitje/babyzitje altijd de
aanwijzingen van de fabrikant op.
WAARSCHUWING
Neem tijdens het rijden geen
kinderen op schoot.
10
Veiligheidsuitrusting voor kinderen

PLAATSING VAN
KINDERZITJES
WAARSCHUWINGEN
Wanneer uw Ford is uitgerust
met een front-airbag aan
passagierszijde, mogen kinderen met
een lengte van 150 cm en minder of
van 12 jaar en jonger alleen worden
vervoerd in een kinderzitje dat stevig
op de achterbank is bevestigd - nooit
voorin de auto.
Bijzonder gevaarlijk! Plaats nooit
een kinderzitje achterwaarts op
een stoel waarvóór zich een airbag
bevindt!
N.B.:
Wanneer persoonlijke
omstandigheden vereisen dat een
kind met een gewicht van meer dan
9 kg moet plaatsnemen op een
voorstoel waarvóór zich een airbag
bevindt, gebruik dan altijd een in de
rijrichting geplaatst kinderzitje.
De volgende tabel geeft aanwijzingen
over de geschikte
bevestigingspunten voor kinderzitjes.
Plaatsen voor het kinderzitje
Gewichtsgroepen
Zitplaatsen
IIIIII0+0
22 36–
kg (ca. 6
– 12 jaar)
15 tot 25
kg (ca.
31/2 12−
jaar)
9 18 kg–
(ca. 9
maanden
– 4 jaar)
Tot 13
kg (ca. 0
– 2 jaar)
Tot 10
kg (ca.
0-9
maanden)
Veilig-
heids-
kussen
(zitver-
hoger)
Veilig-
heids-
kussen
(zitver-
hoger)
kinder-
zitje
Baby-
zitje
Baby-
zitje
U1
U1
U1
XX
Passagiersstoel,
voor, airbagmet
UUUUU
Passagiersstoel,
voor, airbagzonder
UUUUUAchterbank
12
Veiligheidsuitrusting voor kinderen

ZITVERHOGERS
E72362
KinderzitjeA
Kinderveiligheidskussen
(zitverhoger)
B
WAARSCHUWINGEN
Gebruik nooit een zitverhoger
alleen in combinatie met een
heupgordel.
Leg de schoudergordel nooit
onder de arm of achter de rug
van het kind langs.
Gebruik nooit kussens, boeken
of handdoeken om het kind
hoger te laten zitten.
Kinderen met een gewicht van meer
dan 15 kg en een lengte van minder
dan 150 cm moeten gebruikmaken
van een kinderzitje of een
zitverhoger. Voor kinderen met een
gewicht van 15 tot 25 kg raadt Ford
het gebruik van een kinderzitje aan
dat een combinatie is van een
zitverhoger en een rugleuning in een
kinderzitje. De hogere zitpositie zorgt
ervoor dat de standaard
veiligheidsgordel over het midden
van de schouder komt te liggen en
niet langs de hals en dat de
heupgordel over de heupen komt te
liggen in plaats van over de maag.
Zorg ervoor dat uw kind rechtop zit.
14
Veiligheidsuitrusting voor kinderen

ISOFIX
VERANKERINGSPUNTEN
Tourneo Connect
WAARSCHUWINGEN
Ford raadt het gebruik van een
ISOFIX systeem zonder gebruik
te maken van een draaibeveiliging,
zoals een correct aangebrachte
veiligheidsgordel aan de bovenzijde
of een steunarm, af.
Er bestaat kans op overlijden of
ernstige verwonding wanneer
de instructies van de fabrikant niet
correct worden opgevolgd of
wanneer het kinderzitje/
veiligheidsgordel op enige wijze
wordt gewijzigd.
Uw auto is uitgerust met ISOFIX
verankeringspunten. Uw Ford dealer
zal ze graag voor u bereikbaar
maken.
E75769
Het ISOFIX systeem bestaat uit twee
stevige bevestigingsarmen aan het
kinderzitje, waarmee dit aan
verankeringspunten achter de
rugleuning wordt bevestigd. Wanneer
de twee onderste
bevestigingspunten door uw Ford
Dealer toegankelijk zijn gemaakt, kunt
u deze in op de middelste zitplaats
van de tweede zitrij vinden. De
bevestigingspunten zijn voorzien van
een cirkelvormig pictogram en de
tekst 'ISOFIX'. De trechtervormige
geleiders zorgen ervoor dat de
bevestigingsarmen van een ISOFIX
kinderzitje makkelijk en stevig kunnen
worden bevestigd.
ISOFIX kinderzitjes die niet door Ford
zijn goedgekeurd, zijn niet door Ford
getest en de geschiktheid noch de
veiligheid van dergelijke zitjes kan
worden gegarandeerd, ongeacht of
zij met het ISOFIX systeem of met de
normale veiligheidsgordels worden
bevestigd.
Kinderzitje met een
veiligheidsriem aan de
bovenzijde bevestigen
WAARSCHUWING
Bevestig de veiligheidsgordel
zoals afgebeeld alleen aan het
daartoe bestemde verankeringspunt.
De veiligheidsgordel kan niet correct
functioneren wanneer hij aan een
ander punt wordt bevestigd.
15
Veiligheidsuitrusting voor kinderen

Voor kinderzitjes met een
veiligheidsriem aan de bovenzijde is
uw auto voorzien van een derde
verankeringspunt, voor gebruik van
een kinderzitje in voorwaartse
richting. Deze extra verankeringspunt
maak het gebruik van een
veiligheidsriem aan de bovenzijde
mogelijk. Neem contact op met uw
Ford dealer om dit verankeringspunt
te laten aanbrengen.
E75770
Bij uitvoeringen met vijf zitplaatsen
bevindt het verankeringspunt zich
boven de opening van de
achterdeur.
E75771
Bij uitvoeringen met acht zitplaatsen
bevindt dit punt zich achter de
middelste zitplaats op de tweede
zitrij.
E75772
Het verankeringspunt is te herkennen
aan een pictogram. De
veiligheidsgordel aan de bovenzijde
van het kinderzitje moet onder de
naar beneden geschoven
hoofdsteun naar het
verankeringspunt worden gevoerd.
Verwijder de kap van het
verankeringspunt en breng de riem
aan. Na het aanbrengen van het
kinderzitje moet de veiligheidsgordel
volgens de richtlijnen van de fabrikant
worden aangetrokken.
16
Veiligheidsuitrusting voor kinderen

WAARSCHUWINGEN
Reparaties aan hetzij de hoezen
van de voorstoelen of de
sensoren die op de stoelen zijn
aangebracht mogen uitsluitend door
goed geschoolde monteurs worden
uitgevoerd. Wanneer een zij-airbag
per ongeluk wordt geactiveerd
kunnen verwondingen het gevolg
zijn.
Blokkeer, belemmer of bedek
de airbag niet, omdat deze dan
misschien niet goed wordt
opgeblazen. Steek geen scherpe
voorwerpen in gebieden waar
airbags zijn gemonteerd. Hierdoor
zouden de airbags kunnen worden
beschadigd.
Breng geen extra stoelhoezen
aan die niet speciaal zijn
ontwikkeld voor het gebruik op
stoelen met zij-airbags. Laat het
aanbrengen van deze stoelhoezen
over aan de gedegen getrainde
monteurs.
E66553
WAARSCHUWING
Draag altijd de veiligheidsgordel
en houd voldoende afstand tot
het stuurwiel. Alleen wanneer de
veiligheidsgordel op de juiste wijze
wordt gedragen, kan het lichaam op
zijn plaats worden gehouden,
waardoor de airbag zijn maximale
bescherming kan bieden. Wanneer
de airbag wordt geactiveerd bestaat
het gevaar van ernstige verwonding.
Voor een optimale werking van de
airbags moeten de zitting en de
rugleuning correct worden ingesteld.
Zie De juiste zitpositie innemen
(bladzijde 75).
Dit is de ideale zitpositie voor de
bestuurder en voorpassagier en helpt
de kans op verwonding reduceren
door te dicht op een zich
ontvouwende airbag te zitten.
E75575
19
Bescherming van inzittenden

De front-airbags treden in werking bij
zware aanrijdingen, hetzij
frontaal van of binnen een hoek
30 graden van links of van rechts.
De airbags worden in enkele
milliseconden opgeblazen. Zodra de
lichamen van de inzittenden in
aanraking komen met de airbags,
stromen deze leeg waardoor de
voorwaartse beweging wordt
opgevangen.
E75576
Bij lichte aanrijdingen, het over de kop
slaan van de auto of bij aanrijdingen
van opzij of van achteren worden de
front-airbags niet geactiveerd.
E75577
WAARSCHUWINGEN
Laat reparaties aan het
stuurwiel, de stuurkolom en het
airbagsysteem over aan gedegen
getrainde monteurs.
Houd het gebied vóór de
airbags altijd vrij. Breng niets op
of over deze gebieden aan.
Deze gebieden mogen uitsluitend
worden gereinigd met een vochtige
doek; nooit met een natte doek!
20
Bescherming van inzittenden

Zij-airbags
E72328
Een label aan de rugleuning duidt aan
dat zij-airbags zijn gemonteerd. De
zij-airbags bevinden zich in de zijkant
van de rugleuningen van de
voorstoelen. In geval van een zware
zijdelingse aanrijding, wordt de airbag
aan de betreffende zijde geactiveerd.
E75578
De airbag wordt opgeblazen tussen
het portierpaneel en de inzittende en
boven het portierbekledingpaneel
om het hoofd en de borstkast te
beschermen. Zodra deze persoon in
aanraking komt met de airbag,
stroomt de airbag weer leeg,
waardoor het lichaam soepel wordt
opgevangen.
Bij lichte zijdelingse aanrijdingen en
bij aanrijdingen van voren of van
achteren worden de zij-airbags niet
geactiveerd.
Veiligheidsgordels
WAARSCHUWINGEN
Draag altijd een
veiligheidsgordel.
Gebruik een veiligheidsgordel
nooit voor meer dan een
persoon.
Vermijd het dragen van dikke
kleding.
De veiligheidsgordels moeten
strak om het lichaam liggen.
21
Bescherming van inzittenden

Gordelslotspanner
E72333
WAARSCHUWING
De gordelslotspanners mogen
niet worden verwijderd. Nadat
de gordelslotspanners bij een
aanrijding zijn geactiveerd, moeten
zij worden vervangen. Laat de
gordelslotspanners alleen
onderhouden en afvoeren door
speciaal geschoold personeel.
Het veiligheidssysteem met de
gordelspanner aan bestuurderszijde
helpt het risico van ernstige
verwonding bij een zware aanrijding
verkleinen. Tijdens een ernstige
aanrijding wordt de veiligheidsgordel
van de bestuurder voorgespannen
zodat alle speling in de gordel wordt
opgeheven. De gordelslotspanner is
een veiligheidsvoorziening die ervoor
zorgt dat de veiligheidsgordel strak
tegen het lichaam komt te liggen.
Wanneer de gordelslotspanner wordt
geactiveerd, wordt de
schoudergordel gespannen.
Bij een lichte frontale aanrijding, of
wanneer de auto in de flank of van
achteren wordt aangereden, treden
de gordelslotspanners niet in
werking.
VEILIGHEIDSGORDELS
VASTMAKEN
E66541
WAARSCHUWING
Steek de slottong in het
gordelslot tot u een 'klik' hoort;
alleen dan is de veiligheidsgordel
goed vergrendeld.
Trek de veiligheidsgordel gelijkmatig
uit. Als er een stevige ruk aan wordt
gegeven of als de auto op een helling
staat, kan de gordel blokkeren.
Druk de rode knop op het gordelslot
in om de gordel los te maken en laat
de gordel zich gelijkmatig en volledig
oprollen.
22
Bescherming van inzittenden

Veiligheidsgordels achterin
E75564
WAARSCHUWING
Om er zeker van kunnen zijn dat
de veiligheidsgordel van de
middelste zitplaats correct werkt,
moet de rugleuning van de
achterbank goed zijn vergrendeld.
Let erop dat elke slottong in het
correcte gordelslot wordt gestoken.
HOOGTE VAN
VEILIGHEIDSGORDELS
AFSTELLEN
Veiligheidsgordel, voor
E68901
Veiligheidsgordel, achter
E73074
WAARSCHUWING
Zorg ervoor dat de
veiligheidsgordel soepel door
de geleider glijdt.
23
Bescherming van inzittenden

ALGEMENE INFORMATIE
OVER
RADIOFREQUENTIES
LET OP
De radiofrequentie van de
afstandsbediening kan ook
worden gebruikt door andere
zenders met een klein bereik
(bijvoorbeeld zendamateurs,
medische apparatuur, draadloze
hoofdtelefoons, afstandsbedieningen
en alarmsystemen). Wanneer de
frequenties worden gestoord, kunt
u geen gebruik meer maken van uw
afstandsbediening. U kunt de
portieren met de sleutel vergrendelen
en ontgrendelen.
N.B.:
U kunt de portieren
ontgrendelen wanneer u de toetsen
op de afstandsbediening per ongeluk
indrukt.
Het bereik tussen uw
afstandsbediening en uw auto is
afhankelijk van de omgeving.
PROGRAMMEREN VAN
DE
AFSTANDSBEDIENING
Maximaal kunnen vier
afstandsbedieningen (inclusief de bij
de auto geleverde
afstandsbedieningen) voor uw auto
worden geprogrammeerd.
E74806
Transit ConnectA
Tourneo ConnectB
N.B.:
Controleer of de
alarminstallatie is uitgeschakeld en of
alle portieren zijn gesloten.
•Zet, om nieuwe
afstandsbedieningen te
programmeren, de contactsleutel
acht keer binnen tien seconden
vanuit stand in stand . De0 II
contactsleutel moet uiteindelijk in
25
Sleutels en afstandsbediening

E74710
Sommige modellen zijn voorzien van
achterdeuren die 250 graden kunnen
worden geopend. Wanneer de deur
90 graden is geopend, moet u de
gele knop op de deur indrukken. Bij
het sluiten van de achterdeuren
keren de deurvangers automatisch
in hun oorspronkelijke stand terug.
Achterklep
E66517
B
A
WAARSCHUWING
Sluit de achterklep goed om te
voorkomen dat hij tijdens het
rijden opengaat. Rijden met een
geopende achterklep is bijzonder
gevaarlijk omdat dan uitlaatgassen
het interieur in kunnen worden
binnengezogen.
Trek, om de achterklep te openen
aan de deurgreep boven deA
kentekenplaat. De achterklep kan
van binnenuit worden geopend door
de ontgrendelknop naar boven teB
bewegen; deze is bereikbaar via de
opening onderaan de achterklep.
Centrale vergrendeling
E74798
29
Sloten

E74800
Met behulp van de sleutel: Draai
de sleutel in het bestuurdersportier
of het voorportier aan passagierszijde
in de stand om de voorportieren te1
ontgrendelen.
Draai de sleutel in het
bestuurdersportier of het voorportier
aan passagierszijde tweemaal in de
stand om alle portieren te1
ontgrendelen.
Draai de sleutel in de achterdeur
rechtsom om alleen de achterdeur
te ontgrendelen.
E74801
Met behulp van de
afstandsbediening: Druk eenmaal
op de ontgrendeltoets om alleen de
voorportieren te ontgrendelen of
druk tweemaal binnen drie seconden
op de ontgrendeltoets om alle
deuren te ontgrendelen.
E66522
Druk eenmaal op de ontgrendeltoets
om de achterdeuren en de
schuifdeur te ontgrendelen.
Tourneo Connect
E74800
Alle deuren ontgrendelen en de
alarminstallatie uitschakelen:
31
Sloten

Dubbele vergrendeling en
alarminstallatie inschakelen:
Met behulp van de sleutel: Draai
de sleutel in het bestuurdersportier
of het voorportier aan passagierszijde
in de stand en vervolgens binnen1
drie seconden in stand .2
De centrale/ dubbele vergrendeling
kan ook via de achterdeur worden
geactiveerd door de sleutel in
dezelfde richting te draaien als
afgebeeld voor het rechter
voorportier.
E66521
Met behulp van de
afstandsbediening: Druk
tweemaal binnen drie seconden
op de vergrendelingstoets.
De richtingaanwijzers knipperen
tweemaal ter bevestiging.
De alarminstallatie kan ook
afzonderlijk via de dubbele
vergrendelingssysteem worden
ingeschakeld door de sleutel in de
stand te draaien.2
33
Sloten
Termékspecifikációk
Márka: | Ford |
Kategória: | autó |
Modell: | Transit Connect (2006) |
Szüksége van segítségre?
Ha segítségre van szüksége Ford Transit Connect (2006), tegyen fel kérdést alább, és más felhasználók válaszolnak Önnek
Útmutatók autó Ford

16 Január 2025

14 Január 2025

14 Október 2024

12 Október 2024

11 Október 2024

21 Szeptember 2024

11 Szeptember 2024

16 Augusztus 2024

10 Augusztus 2024

5 Augusztus 2024
Útmutatók autó
- autó Peugeot
- autó Pioneer
- autó Kia
- autó Renault
- autó Citroën
- autó Honda
- autó Opel
- autó Volvo
- autó Toyota
- autó BMW
- autó Hyundai
- autó Mercedes-Benz
- autó Jeep
- autó Suzuki
- autó Mazda
- autó Chrysler
- autó Fiat
- autó Volkswagen
- autó DS
- autó Chevrolet
- autó Skoda
- autó Audi
- autó Subaru
- autó Mitsubishi
- autó Seat
- autó Lexus
- autó Genesis
- autó Nissan
- autó Mercury
- autó Lancia
- autó Alfa Romeo
- autó Smart
- autó Audio-Technica
- autó MG
- autó Tesla
- autó Mini
- autó Dacia
- autó Rover
- autó Acme
- autó Saturn
- autó Land Rover
- autó Jaguar
- autó Dodge
- autó Polaris
- autó Maserati
- autó Saab
- autó Porsche
- autó Acura
- autó Vauxhall
- autó Infiniti
- autó GMC
- autó Buick
- autó Cadillac
- autó Pontiac
- autó Polestar
- autó RAM
- autó Scion
- autó Tata
- autó GEM
- autó VDL
- autó Sharper Image
- autó Abarth
- autó Lincoln
- autó Mahindra
- autó Chery
- autó Lada
- autó Aston Martin
- autó McLaren
Legújabb útmutatók autó

10 Április 2025

7 Április 2025

26 Március 2025

25 Március 2025

18 Március 2025

15 Január 2025

14 Január 2025

13 Január 2025

13 Január 2025

12 Január 2025