Használati útmutató Epson XP-343

Epson nyomtató XP-343

Olvassa el alább 📖 a magyar nyelvű használati útmutatót Epson XP-343 (158 oldal) a nyomtató kategóriában. Ezt az útmutatót 3 ember találta hasznosnak és 2 felhasználó értékelte átlagosan 4.5 csillagra

Oldal 1/158
Gebruikershandleiding
NPD5449-00 NL
Auteursrecht
Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of in enige
vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of op enige andere manier,
zonder voorafgaande schrielijke toestemming van Seiko Epson Corporation. Alle patentaansprakelijkheid met
betrekking tot het gebruik van de informatie in dit document wordt afgewezen. Evenmin wordt enige
aansprakelijkheid aanvaard voor schade, voortvloeiende uit het gebruik van de informatie in dit document. De
hierin beschreven informatie is alleen bedoeld voor gebruik bij dit Epson-product. Epson is niet verantwoordelijk
voor het gebruik van deze informatie bij andere producten.
Seiko Epson Corporation noch zijn lialen kunnen verantwoordelijk worden gesteld door de koper van dit product
of derden voor schade, verlies, kosten of uitgaven die de koper of derden oplopen ten gevolge van al dan niet
foutief gebruik of misbruik van dit product of onbevoegde wijzigingen en herstellingen, of (met uitzondering van
de VS) het zich niet strikt houden aan de gebruiks- en onderhoudsvoorschrien van Seiko Epson Corporation.
Seiko Epson Corporation noch zijn lialen kunnen verantwoordelijk worden gesteld voor schade of problemen
voortvloeiend uit het gebruik van andere dan originele onderdelen of verbruiksgoederen kenbaar als Original
Epson Products of Epson Approved Products by Seiko Epson Corporation.
Seiko Epson Corporation kan niet verantwoordelijk worden gesteld voor schade voortvloeiende uit
elektromagnetische storingen die plaatsvinden door het gebruik van andere interfacekabels dan kenbaar als Epson
Approved Products by Seiko Epson Corporation.
© 2016 Seiko Epson Corporation. All rights reserved.
De inhoud van deze handleiding en de specicaties van dit product kunnen zonder voorafgaande kennisgeving
worden gewijzigd.
Gebruikershandleiding
Auteursrecht
2
Handelsmerken
EPSON
®
is een gedeponeerd handelsmerk en EPSON EXCEED YOUR VISION of EXCEED YOUR VISION is
een handelsmerk van Seiko Epson Corporation.
PRINT Image Matching™ en het PRINT Image Matching-logo zijn handelsmerken van Seiko Epson
Corporation. Copyright © 2001 Seiko Epson Corporation. All rights reserved.
Epson Scan 2 soware is based in part on the work of the Independent JPEG Group.
libti
Copyright © 1988-1997 Sam Leer
Copyright © 1991-1997 Silicon Graphics, Inc.
Permission to use, copy, modify, distribute, and sell this soware and its documentation for any purpose is
hereby granted without fee, provided that (i) the above copyright notices and this permission notice appear in
all copies of the soware and related documentation, and (ii) the names of Sam Leer and Silicon Graphics
may not be used in any advertising or publicity relating to the soware without the specic, prior written
permission of Sam Leer and Silicon Graphics.
THE SOFTWARE IS PROVIDED "AS-IS" AND WITHOUT WARRANTY OF ANY KIND, EXPRESS,
IMPLIED OR OTHERWISE, INCLUDING WITHOUT LIMITATION, ANY WARRANTY OF
MERCHANTABILITY OR FITNESS FOR A PARTICULAR PURPOSE.
IN NO EVENT SHALL SAM LEFFLER OR SILICON GRAPHICS BE LIABLE FOR ANY SPECIAL,
INCIDENTAL, INDIRECT OR CONSEQUENTIAL DAMAGES OF ANY KIND, OR ANY DAMAGES
WHATSOEVER RESULTING FROM LOSS OF USE, DATA OR PROFITS, WHETHER OR NOT ADVISED
OF THE POSSIBILITY OF DAMAGE, AND ON ANY THEORY OF LIABILITY, ARISING OUT OF OR IN
CONNECTION WITH THE USE OR PERFORMANCE OF THIS SOFTWARE.
SDXC Logo is a trademark of SD-3C, LLC.
Microso
®
, Windows
®
, and Windows Vista
®
are registered trademarks of Microso Corporation.
Apple, Macintosh, Mac OS, OS X, Bonjour, Safari, iPad, iPhone, iPod touch, and iTunes are trademarks of Apple
Inc., registered in the U.S. and other countries. AirPrint and the AirPrint logo are trademarks of Apple Inc.
Google Cloud Print™, Chrome™, Chrome OS™, and Android™ are trademarks of Google Inc.
Adobe and Adobe Reader are either registered trademarks or trademarks of Adobe Systems Incorporated in the
United States and/or other countries.
Intel
®
is a registered trademark of Intel Corporation.
Algemene opmerking: andere productnamen vermeld in deze uitgave, dienen uitsluitend als identicatie en
kunnen handelsmerken zijn van hun respectievelijke eigenaars. Epson maakt geen enkele aanspraak op enige
rechten op deze handelsmerken.
Gebruikershandleiding
Handelsmerken
3
Inhoudsopgave
Auteursrecht
Handelsmerken
Over deze handleiding
Introductie tot de handleidingen. . . . . . . . . . . . . . . .8
Markeringen en symbolen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8
Beschrijvingen gebruikt in deze handleiding. . . . . . . 9
Referenties voor besturingssystemen. . . . . . . . . . . . .9
Belangrijke instructies
Veiligheidsinstructies. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
Printeradviezen en waarschuwingen. . . . . . . . . . . . 11
Adviezen en waarschuwingen voor het
instellen/gebruik van de printer. . . . . . . . . . . . . 11
Adviezen en waarschuwingen voor gebruik
van de printer met een draadloze verbinding. . . . 12
Adviezen en waarschuwingen voor gebruik
van geheugenkaarten. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
Adviezen en waarschuwingen voor gebruik
van het display. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .12
Uw persoonlijke gegevens beschermen. . . . . . . . . . 12
Basisprincipes van printer
Namen en functies van onderdelen. . . . . . . . . . . . . 13
Bedieningspaneel. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .15
Knoppen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15
Uitleg bij het LCD-scherm. . . . . . . . . . . . . . . . . 15
Netwerkinstellingen
Soorten netwerkverbindingen. . . . . . . . . . . . . . . . .20
Wi-Fi-verbinding. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20
Wi-Fi Direct-verbinding (eenvoudig
toegangspunt). . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20
Een computer verbinden. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 21
Een smart device verbinden. . . . . . . . . . . . . . . . . . 23
De Wi-Fi-instellingen congureren op het
bedieningspaneel. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 23
Handmatig Wi-Fi-instellingen congureren. . . . .23
Wi-Fi-instellingen congureren via de
drukknopinstelling. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .24
Wi-Fi-instellingen congureren via de PIN
code-instelling (WPS). . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25
Instellingen voor Wi-Fi Direct-verbinding
(eenvoudig toegangspunt) congureren. . . . . . . 26
De status van de netwerkverbinding controleren. . . 27
De netwerkstatus controleren met het
netwerkpictogram. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 27
Een netwerkverbindingsrapport afdrukken. . . . . 27
Een netwerkstatusvel afdrukken. . . . . . . . . . . . . 31
Toegangspunten vervangen of toevoegen. . . . . . . . .32
De verbindingsmethode met een computer
wijzigen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .32
Wi-Fi uitschakelen op het bedieningspaneel. . . . . . .34
Een Wi-Fi Direct-verbinding (eenvoudig
toegangspunt) verbreken vanaf het
conguratiescherm. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 35
De netwerkinstellingen herstellen op het
bedieningspaneel. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 35
Papier laden
Voorzorgsmaatregelen voor papierverwerking. . . . .36
Beschikbaar papier en capaciteiten. . . . . . . . . . . . . 37
Lijst met papiertypes. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 38
Papier in de Papiertoevoer achter laden. . . . . . . . . .38
Originelen plaatsen
Originelen op de Scannerglasplaat plaatsen. . . . . . . 43
Verschillende originelen plaatsen. . . . . . . . . . . . . . 44
Originelen plaatsen voor lay-out 2-op-1. . . . . . . 44
Een dubbele pagina plaatsen voor lay-out 2-
op-1. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 44
Meerdere foto's plaatsen om te scannen. . . . . . . .45
Een geheugenkaart plaatsen
Ondersteunde geheugenkaarten. . . . . . . . . . . . . . . 46
Een geheugenkaart plaatsen en verwijderen. . . . . . .46
Afdrukken
Afdrukken via het bedieningspaneel. . . . . . . . . . . . 48
Foto's afdrukken door ze te selecteren op een
geheugenkaart. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 48
Gelinieerd papier, kalenders en origineel
briefpapier afdrukken. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .49
Afdrukken met DPOF. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 50
Menuopties voor de modus Foto's afdrukken. . . .50
Afdrukken vanaf een computer. . . . . . . . . . . . . . . .51
Gebruikershandleiding
Inhoudsopgave
4
Basisprincipes van printer — Windows. . . . . . . . 51
Basisprincipes van printer Mac OS X. . . . . . . 52
Dubbelzijdig afdrukken (alleen voor Windows). . 55
Meerdere pagina's op één vel afdrukken. . . . . . . 56
Afdruk aanpassen aan papierformaat. . . . . . . . . 57
Meerdere bestanden samen afdrukken (alleen
voor Windows). . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 59
n aeelding afdrukken op meerdere vellen
om een poster te maken (alleen voor Windows). . 60
Geavanceerde functies gebruiken voor
afdrukken. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 66
Foto's afdrukken met Epson Easy Photo Print. . . 68
Afdrukken met Smart Devices. . . . . . . . . . . . . . . . 69
Epson iPrint gebruiken. . . . . . . . . . . . . . . . . . . .69
AirPrint gebruiken. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .71
Afdrukken annuleren. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .71
Afdrukken annuleren — Printertoets. . . . . . . . . 71
Afdrukken annuleren - Windows. . . . . . . . . . . . 72
Afdrukken annuleren - Mac OS X. . . . . . . . . . . .72
Kopiëren
Menuopties voor de modus Kopiëren. . . . . . . . . . . 73
Scannen
Scannen via het bedieningspaneel. . . . . . . . . . . . . . 76
Scannen naar een computer. . . . . . . . . . . . . . . . 76
Scannen naar een computer (WSD). . . . . . . . . . 77
Scannen vanaf een computer. . . . . . . . . . . . . . . . . 79
Scannen met Epson Scan 2. . . . . . . . . . . . . . . . . 79
Scannen met smart-apparaten. . . . . . . . . . . . . . . . 85
Epson iPrint installeren. . . . . . . . . . . . . . . . . . . 85
Scannen met Epson iPrint. . . . . . . . . . . . . . . . . 85
Inktpatronen vervangen
Het inktpeil controleren. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 87
Het inktpeil controleren - bedieningspaneel. . . . .87
Het inktpeil controleren - Windows. . . . . . . . . . .87
Het inktpeil controleren - Mac OS X. . . . . . . . . . 87
Codes van de cartridges. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 87
Voorzorgsmaatregelen voor inktpatronen. . . . . . . . 88
Cartridges vervangen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 91
Tijdelijk met zwarte inkt afdrukken. . . . . . . . . . . . .93
Tijdelijk met zwarte inkt afdrukken - Windows. . 94
Tijdelijk met zwarte inkt afdrukken - Mac OS X. .95
Zwarte inkt besparen als de zwarte inkt bijna op
is (uitsluitend voor Windows). . . . . . . . . . . . . . . . . 96
De printer onderhouden
De printkop controleren en reinigen. . . . . . . . . . . . 97
De printkop controleren en schoonmaken
bedieningspaneel. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 97
De printkop controleren en schoonmaken -
Windows. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 98
De printkop controleren en schoonmaken -
Mac OS X. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 98
De printkop uitlijnen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 99
De printkop uitlijnen — Bedieningspaneel. . . . . 99
De printkop uitlijnen - Windows. . . . . . . . . . . . 100
De printkop uitlijnen - Mac OS X. . . . . . . . . . . 100
Het papiertraject reinigen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . 100
De Scannerglasplaat reinigen. . . . . . . . . . . . . . . . 101
Stroom besparen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 102
Stroom besparen - Bedieningspaneel. . . . . . . . . 102
Stroom besparen - Windows. . . . . . . . . . . . . . . 102
Stroom besparen - Mac OS X. . . . . . . . . . . . . . 102
Menuopties voor de modus
Instellingen
Menuopties voor Inktniveaus. . . . . . . . . . . . . . . . 103
Menuopties voor Onderhoud. . . . . . . . . . . . . . . . 103
Menuopties voor Printerinstallatie. . . . . . . . . . . . 104
Menuopties voor Netwerkinstellingen. . . . . . . . . . 104
Menuopties voor Epson Connect- services. . . . . . .105
Menuopties voor Google Cloud Print-services. . . . 106
Menuopties voor Bestanden delen. . . . . . . . . . . . .106
Menuopties voor Firmware-update. . . . . . . . . . . . 107
Menuopties voor Herstel standaard instellingen. . . 107
Netwerkservice en
softwareinformatie
De service van Epson Connect. . . . . . . . . . . . . . . 108
Web Cong. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 108
Web Cong uitvoeren op een browser. . . . . . . . 109
Web Cong uitvoeren op Windows. . . . . . . . . . 109
Web Cong uitvoeren op Mac OS X. . . . . . . . . 109
Windows-printerdriver. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .110
Uitleg bij de printerdriver voor Windows. . . . . . 111
Bedieningsinstellingen voor Windows-
printerdriver congureren. . . . . . . . . . . . . . . . 113
Mac OS X-printerdriver. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 113
Uitleg bij de printerdriver voor Mac OS X. . . . . 114
Bedieningsinstellingen voor Mac OS X-
printerdriver congureren. . . . . . . . . . . . . . . . 115
Gebruikershandleiding
Inhoudsopgave
5
Epson Scan 2 (scannerstuurprogramma). . . . . . . . 116
Epson Event Manager. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .117
Epson Easy Photo Print. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 117
E-Web Print (alleen voor Windows ). . . . . . . . . . . 118
Easy Photo Scan. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .118
EPSON Soware Updater. . . . . . . . . . . . . . . . . . . 119
Toepassingen verwijderen. . . . . . . . . . . . . . . . . . .119
Toepassingen verwijderen - Windows. . . . . . . . 119
Toepassingen verwijderen - Mac OS X. . . . . . . .120
Toepassingen installeren. . . . . . . . . . . . . . . . . . . .121
Toepassingen en rmware bijwerken. . . . . . . . . . . 121
De printerrmware bijwerken via het
bedieningspaneel. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 122
Problemen oplossen
De printerstatus controleren. . . . . . . . . . . . . . . . . 123
Foutcodes op het display bekijken. . . . . . . . . . . 123
De printerstatus controleren - Windows. . . . . . .124
De printerstatus controleren - Mac OS X. . . . . . 125
Vastgelopen papier verwijderen. . . . . . . . . . . . . . .125
Vastgelopen papier verwijderen uit de
Papiertoevoer achter. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .125
Vastgelopen papier uit de uitvoerlade
verwijderen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 126
Vastgelopen papier binnen in de printer
verwijderen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 126
Papier wordt niet goed ingevoerd. . . . . . . . . . . . . 127
Papier loopt vast. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .128
Papier wordt schuin ingevoerd. . . . . . . . . . . . . 128
Er worden meerdere vellen papier tegelijk
uitgevoerd. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 128
Geen papiertoevoer. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 128
Foutmelding papier op verschijnt. . . . . . . . . . . 129
Problemen met stroomtoevoer en
bedieningspaneel. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 129
De stroom wordt niet ingeschakeld. . . . . . . . . . 129
De stroom wordt niet uitgeschakeld. . . . . . . . . 129
Het display wordt donker. . . . . . . . . . . . . . . . . 129
Kan niet afdrukken vanaf een computer. . . . . . . . 129
Wanneer u de netwerkinstellingen niet kunt
congureren. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 130
Kan geen verbinding maken vanaf apparaten
terwijl de netwerkinstellingen correct zijn. . . . . 130
De SSID controleren waarmee de printer is
verbonden. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 132
De SSID voor de computer controleren. . . . . . . 132
De printer kan opeens niet afdrukken via een
netwerkverbinding. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 133
De printer kan opeens niet afdrukken via een
USB-verbinding. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 134
Kan niet afdrukken vanaf een iPhone of iPad. . . . . 134
Het afdrukken is gepauzeerd. . . . . . . . . . . . . . . . .134
Afdrukproblemen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 134
De afdruk is gekrast of er ontbreken kleuren. . . 134
Er verschijnen strepen of onverwachte kleuren. .135
Gekleurde streepvorming zichtbaar met een
tussenafstand van ongeveer 2.5 cm. . . . . . . . . . 135
Onscherpe afdrukken, verticale strepen of
verkeerde uitlijning. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 136
Afdrukkwaliteit is slecht. . . . . . . . . . . . . . . . . . 136
Papier vertoont vlekken of is bekrast. . . . . . . . . 137
Afgedrukte foto's zijn plakkerig. . . . . . . . . . . . .137
Aeeldingen of foto's worden afgedrukt met
de verkeerde kleuren. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 138
De kleuren verschillen van wat u op het
scherm ziet. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 138
Kan niet afdrukken zonder marges. . . . . . . . . . 138
Randen van de aeelding vallen weg bij het
randloos afdrukken. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 138
Positie, formaat of marges van de afdruk zijn
niet juist. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 139
Afgedrukte tekens zijn niet juist of onleesbaar. . 139
De afgedrukte aeelding is omgekeerd. . . . . . . 139
Mozaïekachtige patronen op de afdrukken. . . . .140
Op de gekopieerde afdruk verschijnen
ongelijke kleuren, vegen, vlekken of rechte
lijnen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .140
Er verschijnt een webachtig patroon (ook wel
"moiré" genoemd) op de gekopieerde
aeelding. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 140
De achterkant van het origineel is te zien op
de gekopieerde aeelding. . . . . . . . . . . . . . . . .140
Het probleem kon niet worden opgelost. . . . . . .140
Overige afdrukproblemen. . . . . . . . . . . . . . . . . . .141
Afdrukken verloopt te traag. . . . . . . . . . . . . . . 141
Afdrukken vertraagt aanzienlijk tijdens het
continu afdrukken. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 141
Kan het afdrukken niet annuleren vanaf een
computer met Mac OS X 10.6.8. . . . . . . . . . . . .141
Kan niet beginnen met scannen. . . . . . . . . . . . . . 142
Kan scannen niet starten via bedieningspaneel. .142
Problemen met gescande aeeldingen. . . . . . . . . 143
Ongelijke kleuren, vuil, vlekken, enzovoort
worden weergegeven bij scannen vanaf de
glasplaat van de scanner. . . . . . . . . . . . . . . . . . 143
De aeeldingskwaliteit is ruw. . . . . . . . . . . . . .143
De oset schijnt door in de achtergrond van
aeeldingen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 143
De tekst is onscherp. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 144
Gebruikershandleiding
Inhoudsopgave
6
Er verschijnt moiré (webachtige schaduwen). . . 144
Kan het juiste gebied niet scannen op de
glasplaat. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 144
Kan geen voorbeeld weergeven in umbnail. . 145
Tekst wordt niet correct herkend wanneer ik
opsla als een Searchable PDF. . . . . . . . . . . . . . .145
Problemen in gescande aeelding kunnen
niet worden opgelost. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 145
Andere scanproblemen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .146
Scannen verloopt te traag. . . . . . . . . . . . . . . . . 146
Scannen stopt bij het scannen naar een PDF/
Multi-TIFF. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 146
Overige problemen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .147
Lichte elektrische schok wanneer u de printer
aanraakt. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 147
Printer maakt veel lawaai tijdens werking. . . . . 147
Kan gegevens niet opslaan op een
geheugenkaart. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 147
Soware wordt geblokkeerd door een rewall
(alleen Windows). . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 147
'?' wordt weergegeven in het fotoselectiescherm 147
Bijlage
Technische specicaties. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 148
Printer specicaties. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 148
Scannerspecicaties. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 149
Interface-specicaties. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 149
Lijst met netwerkfuncties. . . . . . . . . . . . . . . . . 149
Wi-specicaties. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 151
Beveiligingsprotocol. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 151
Ondersteunde diensten van derden. . . . . . . . . . 151
Specicaties externe opslagapparaten. . . . . . . . 152
Dimensies. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 153
Elektrische specicaties. . . . . . . . . . . . . . . . . . 153
Omgevingsspecicaties. . . . . . . . . . . . . . . . . . .153
Systeemvereisten. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 154
Regelgevingsinformatie. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 154
Normen en goedkeuringen. . . . . . . . . . . . . . . . 154
Beperkingen op het kopiëren. . . . . . . . . . . . . . 155
De printer vervoeren. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 155
Een geheugenkaart benaderen vanaf een computer 157
Hulp vragen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 158
Technische ondersteuning (website). . . . . . . . . 158
Contact opnemen met de klantenservice van
Epson. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 158
Gebruikershandleiding
Inhoudsopgave
7
Over deze handleiding
Introductie tot de handleidingen
De volgende handleidingen worden meegeleverd met uw Epson-printer. Raadpleeg naast de handleidingen, ook de
Help in de verschillende Epson-sowaretoepassingen.
Hier beginnen (gedrukte handleiding)
Bevat informatie over het instellen van de printer, het installeren van de soware, het gebruik van de printer, het
oplossen van problemen enzovoort.
Gebruikershandleiding (digitale handleiding)
Deze handleiding. Biedt algehele informatie en instructies voor het gebruik van de printer, voor
netwerkinstellingen wanneer de printer in een netwerk wordt gebruikt en voor het oplossen van problemen.
U kunt de meest recente versie van de bovenstaande handleidingen in uw bezit krijgen op de volgende manieren.
Gedrukte handleiding
Ga naar de ondersteuningssite van Epson Europe (http://www.epson.eu/Support) of de wereldwijde
ondersteuningssite van Epson (http://support.epson.net/).
Digitale handleiding
Start EPSON Soware Updater op uw computer. EPSON Soware Updater controleert of er updates
beschikbaar zijn voor Epson-toepassingen of digitale handleidingen en laat u vervolgens de meest recente versie
downloaden.
Gerelateerde informatie
&“EPSON Soware Updater” op pagina 119
Markeringen en symbolen
!
Let op:
Instructies die zorgvuldig moeten worden gevolgd om lichamelijk letsel te voorkomen.
c
Belangrijk:
Instructies die moeten worden gevolgd om schade aan het apparaat te voorkomen.
Opmerking:
Biedt aanvullende informatie en referentiegegevens.
&
Gerelateerde informatie
Koppelingen naar de verwante paragrafen.
Gebruikershandleiding
Over deze handleiding
8
Beschrijvingen gebruikt in deze handleiding
Screenshots van de schermen van de printerdriver en Epson Scan 2 (scannerdriver) zijn van Windows 10 of Mac
OS X v10.11.x. De inhoud die op de schermen wordt weergegeven, is aankelijk van het model en de situatie.
Aeeldingen van de printer gebruikt in deze handleiding dienen uitsluitend als voorbeeld. Er zijn kleine
verschillen tussen elk model, maar de gebruiksmethode blij hetzelfde.
Sommige menu-items op de display variëren naargelang het model en de instellingen.
Referenties voor besturingssystemen
Windows
In deze handleiding verwijzen termen zoals "Windows 10", "Windows 8.1", "Windows 8", "Windows 7", "Windows
Vista", en "Windows XP" naar de volgende besturingssystemen. Bovendien wordt "Windows" gebruikt om alle
versies ervan aan te duiden.
Microso
®
Windows
®
10 besturingssysteem
Microso
®
Windows
®
8.1 besturingssysteem
Microso
®
Windows
®
8 besturingssysteem
Microso
®
Windows
®
7 besturingssysteem
Microso
®
Windows Vista
®
besturingssysteem
Microso
®
Windows
®
XP besturingssysteem
Microso
®
Windows
®
XP Professional x64 Edition besturingssysteem
Mac OS X
In deze handleiding verwijst "Mac OS X v10.11.x" naar OS X El Capitan, "Mac OS X v10.10.x" naar OS X Yosemite,
"Mac OS X v10.9.x" naar OS X Mavericks en "Mac OS X v10.8.x" verwijst naar OS X Mountain Lion. Bovendien
wordt "Mac OS X" gebruikt om te verwijzen naar "Mac OS X v10.11.x", "Mac OS X v10.10.x", "Mac OS X v10.9.x",
"Mac OS X v10.8.x", "Mac OS X v10.7.x" en "Mac OS X v10.6.8".
Gebruikershandleiding
Over deze handleiding
9
Belangrijke instructies
Veiligheidsinstructies
Lees en volg deze instructies om deze printer veilig te gebruiken. Bewaar deze handleiding voor latere
raadplegingen. Let ook op al de waarschuwingen en instructies die op de printer staan.
Sommige van de symbolen die gebruikt worden op uw printer zijn bedoeld om de veiligheid en het juiste
gebruik van de printer te garanderen. Bezoek de volgende website voor de betekenis van de symbolen.
http://support.epson.net/symbols
Gebruik alleen het netsnoer dat met de printer is meegeleverd en gebruik het snoer niet voor andere apparatuur.
Gebruik van andere snoeren met deze printer of gebruik van het meegeleverde netsnoer met andere apparatuur
kan leiden tot brand of elektrische schokken.
Zorg ervoor dat het netsnoer voldoet aan de relevante plaatselijke veiligheidsnormen.
Haal het netsnoer, de stekker, de printer, de scanner of de accessoires nooit uit elkaar en probeer deze
onderdelen nooit zelf te wijzigen of te repareren, tenzij zoals uitdrukkelijk staat beschreven in de handleidingen
van het apparaat.
Trek in de volgende gevallen de stekker uit het stopcontact en laat het onderhoud aan een onderhoudstechnicus
over:
Als het netsnoer of de stekker beschadigd is, als er vloeistof in de printer is gekomen, als de printer is gevallen of
als de behuizing beschadigd is, als de printer niet normaal werkt of als er een duidelijke wijziging in de
prestaties optreedt. Wijzig geen instellingen als hiervoor in de gebruiksaanwijzing geen instructies worden
gegeven.
Zet het apparaat in de buurt van een wandstopcontact waar u de stekker gemakkelijk uit het stopcontact kunt
halen.
Plaats of bewaar de printer niet buiten en zorg ervoor dat de printer niet wordt blootgesteld aan vuil, stof, water
of hittebronnen. Vermijd plaatsen die onderhevig zijn aan schokken, trillingen, hoge temperaturen of
luchtvochtigheid.
Zorg ervoor dat u geen vloeistoen op de printer morst en pak de printer niet met natte handen vast.
Houd de printer ten minste 22 cm verwijderd van pacemakers. De radiogolven die door deze printer worden
uitgezonden, kunnen een negatieve invloed hebben op de werking van pacemakers.
Neem contact op met uw leverancier als het display beschadigd is. Als u vloeistof uit het display op uw handen
krijgt, was ze dan grondig met water en zeep. Als u vloeistof uit het display in uw ogen krijgt, moet u uw ogen
onmiddellijk uitspoelen met water. Raadpleeg onmiddellijk een arts als u ondanks grondig spoelen problemen
krijgt met uw ogen of nog steeds ongemak ondervindt.
Wees voorzichtig met gebruikte cartridges. Er kan inkt rond de inkttoevoer kleven.
Als u inkt op uw huid krijgt, wast u de plek grondig met water en zeep.
Als u inkt in uw ogen krijgt, moet u uw ogen onmiddellijk uitspoelen met water. Raadpleeg onmiddellijk een
arts als u ondanks grondig spoelen problemen krijgt met uw ogen of nog steeds ongemak ondervindt.
Als er inkt in uw mond terechtkomt, raadpleegt u direct een arts.
Haal de cartridge niet uit elkaar, omdat u inkt in uw ogen of op uw huid kunt krijgen.
Schud de cartridges niet te hard en laat ze niet vallen. Wees ook voorzichtig dat u ze niet ineendrukt of hun
etiket scheurt. Omdat hierdoor inkt kan lekken.
Houd cartridges buiten het bereik van kinderen.
Gebruikershandleiding
Belangrijke instructies
10
Printeradviezen en waarschuwingen
Lees en volg deze instructies om schade aan de printer of uw eigendommen te voorkomen. Bewaar deze
handleiding voor toekomstig gebruik.
Adviezen en waarschuwingen voor het instellen/gebruik van de
printer
De openingen in de behuizing van de printer niet blokkeren of afdekken.
Gebruik alleen het type stroombron dat staat vermeld op het etiket op de printer.
Gebruik geen stopcontacten in dezelfde groep als fotokopieerapparaten, airconditioners of andere apparaten die
regelmatig worden in- en uitgeschakeld.
Gebruik geen stopcontacten die met een wandschakelaar of een automatische timer kunnen worden in- en
uitgeschakeld.
Plaats het hele computersysteem uit de buurt van apparaten die elektromagnetische storing kunnen
veroorzaken, zoals luidsprekers of basisstations van draagbare telefoons.
Plaats het netsnoer zodanig dat geen slijtage, inkepingen, rafels, plooien en knikken kunnen optreden. Plaats
geen voorwerpen op het netsnoer en plaats het netsnoer zodanig dat niemand erop kan stappen. Let er vooral
op dat snoeren mooi recht blijven aan de uiteinden en de punten waar deze de transformator in- en uitgaan.
Als u een verlengsnoer gebruikt voor de printer, mag de totale stroombelasting in ampère van alle aangesloten
apparaten niet hoger zijn dan de maximale belasting voor het verlengsnoer. Zorg er bovendien voor dat het
totaal van de ampèrewaarden van alle apparaten die zijn aangesloten op het wandstopcontact, niet hoger is dan
de maximumwaarde die is toegestaan voor het stopcontact.
Als u de printer in Duitsland gebruikt, moet u rekening houden met het volgende: de installatie van het gebouw
moet beschikken over een stroomonderbreker van 10 of 16 A om de printer te beschermen tegen kortsluiting en
stroompieken.
Let bij het aansluiten van de printer op een computer of ander apparaat, op de juiste richting van de stekkers
van de kabel. Elke stekker kan maar op één manier in het apparaat worden gestoken. Wanneer u een stekker op
een verkeerde manier in het apparaat steekt, kunnen beide apparaten die via de kabel met elkaar verbonden
zijn, beschadigd raken.
Plaats de printer op een vlakke, stabiele ondergrond die groter is dan de printer zelf. De printer werkt niet goed
als deze scheef staat.
Zorg er bij opslag of transport van de printer voor dat deze niet gekanteld, verticaal of ondersteboven wordt
gehouden, anders kan er inkt lekken.
Laat boven de printer voldoende ruimte vrij om het deksel volledig te kunnen openen.
Zorg ervoor dat aan de voorkant van de printer voldoende ruimte is voor het papier dat uit de printer komt.
Vermijd plaatsen met grote schommelingen in temperatuur en luchtvochtigheid. Houd de printer ook uit de
buurt van direct zonlicht, fel licht of warmtebronnen.
Steek geen voorwerpen door de openingen in de printer.
Steek uw hand niet in de printer tijdens het afdrukken.
Raak de witte, platte kabel binnen in de printer niet aan.
Gebruik geen spuitbussen met ontvlambare stoen in of in de buurt van de printer. Dit kan brand veroorzaken.
Verplaats de printkop niet handmatig; anders kunt u de printer beschadigen.
Pas bij het sluiten van de scannereenheid op dat uw vingers niet klem komen te zitten.
Gebruikershandleiding
Belangrijke instructies
11
Let erop dat u nooit te hard op de scannerglasplaat drukt wanneer u er een origineel op legt.
Zet de printer altijd uit met de knop
P
. Trek de stekker niet uit het stopcontact en sluit de stroom naar het
stopcontact niet af zolang het lampje
P
nog knippert.
Controleer voordat u de printer vervoert of de printkop zich in de uitgangspositie bevindt (uiterst rechts) en of
de cartridges aanwezig zijn.
Als u de printer gedurende langere tijd niet gebruikt, trek dan de stekker uit het stopcontact.
Adviezen en waarschuwingen voor gebruik van de printer met een
draadloze verbinding
Radiogolven van deze printer kunnen nadelige gevolgen hebben voor de werking van medische elektronische
apparatuur, waardoor deze apparatuur defect kan raken. Wanneer u deze printer gebruikt in een medische
instelling of in de buurt van medische apparatuur, volg dan de aanwijzingen van het bevoegd personeel van de
medische instelling en volg alle waarschuwingen en aanwijzingen die op de medische apparatuur zelf staan.
Radiogolven uit deze printer kunnen de werking van automatisch gestuurde apparaten, zoals automatische
deuren of een brandalarm, storen en kunnen tot ongevallen leiden als gevolg van storing. Volg alle
waarschuwingen en aanwijzingen die op deze apparatuur zijn aangeduid wanneer u deze printer gebruikt in de
buurt van automatisch aangestuurde apparaten.
Adviezen en waarschuwingen voor gebruik van geheugenkaarten
Verwijder een geheugenkaart niet en schakel de printer niet uit wanneer het lampje van de geheugenkaart
knippert.
Het gebruik van geheugenkaarten verschilt per type kaart. Raadpleeg de documentatie die bij de geheugenkaart
is geleverd voor meer informatie.
Gebruik alleen geheugenkaarten die compatibel zijn met het apparaat.
Gerelateerde informatie
&“Ondersteunde geheugenkaartspecicaties” op pagina 152
Adviezen en waarschuwingen voor gebruik van het display
Het display kan een paar kleine heldere of donkere puntjes vertonen en is mogelijk niet overal even helder. Dit
is normaal en wil geenszins zeggen dat het display beschadigd is.
Maak het display alleen schoon met een droge, zachte doek. Gebruik geen vloeibare of chemische
reinigingsmiddelen.
De buitenkant van de display kan breken als deze een grote weerslag krijgt. Neem contact op met uw
wederverkoper als het oppervlak van het scherm barst of splintert. Raak de gebroken stukken nooit aan en
verwijder ze niet.
Uw persoonlijke gegevens beschermen
Als u de printer aan iemand anders gee of wilt weggooien, kunt u het geheugen als volgt wissen: selecteer
Instellingen > Herstel standaard instellingen > Alle instellingen op het bedieningspaneel.
Gebruikershandleiding
Belangrijke instructies
12
AGeheugenkaartsleuf Plaats een geheugenkaart in het apparaat.
BCartridgehouder Installeer de cartridges. Aan de onderkant komt inkt uit de spuitkanaaltjes van
de printkop.
ADocumentdeksel Houdt het licht van buitenaf tegen tijdens het scannen.
BScannerglasplaat Plaats de originelen.
CScannereenheid Scant de originelen die u hebt geplaatst. Open dit om cartridges te vervangen
of papier dat in de printer is vastgelopen, te verwijderen.
A B
ANetaansluiting Voor aansluiting van het netsnoer.
BUSB-poort Aansluiting voor een USB-kabel.
Gebruikershandleiding
Basisprincipes van printer
14
Bedieningspaneel
U kunt het bedieningspaneel in een andere hoek zetten.
Als u het bedieningspaneel lager wilt zetten, moet u de hendel aan de achterkant van het paneel induwen, zoals
hieronder getoond.
Knoppen
AHiermee schakelt u de printer in of uit.
Niet uitschakelen zolang het aan-uitlampje knippert (wanneer de printer bezig is of gegevens
verwerkt).
Haal het netsnoer uit het stopcontact als het aan-uitlampje gedoofd is.
BHiermee opent u het startscherm.
C
u
d
l
r
OK Met de knoppen
u
d
l
r
selecteert u een menu en met een druk op de knop OK opent u het
geselecteerde menu.
DHiermee stopt u de huidige taak of keert u terug naar het vorige scherm.
EHiermee start u een taak, zoals afdrukken of kopiëren.
Uitleg bij het LCD-scherm
Op het LCD-scherm worden menu's en berichten weergegeven. Selecteer een menu of instelling door te drukken
op de knoppen
u
d
l
r
.
Gebruikershandleiding
Basisprincipes van printer
15
Uitleg bij het startscherm
De volgende pictogrammen en menu's worden weergegeven op het startscherm.
AHier staan pictogrammen die de netwerkstatus aangeven.
Duidt op een probleem met de draadloze netwerkverbinding (Wi-Fi) van de printer of geeft
aan dat de printer zoekt naar een draadloze netwerkverbinding (Wi-Fi).
Geeft aan dat de printer verbonden is met een draadloos netwerk (Wi-Fi).
Het aantal balkjes geeft de sterkte van de verbinding weer. Hoe meer balkjes, des te sterker de
verbinding is.
Geeft aan dat een draadloos netwerk (Wi-Fi) is uitgeschakeld of dat de printer bezig is met het
tot stand brengen van een draadloze netwerkverbinding.
Geeft aan dat Wi-Fi Direct is ingeschakeld.
Geeft aan dat Wi-Fi Direct is uitgeschakeld.
BWanneer
l
en
r
worden weergegeven, kunt u naar rechts of links bladeren door te drukken op de knop
l
of
r
.
Gebruikershandleiding
Basisprincipes van printer
16
CFunctiepictogrammen en namen worden weergegeven als moduspictogrammen.
Kopiëren Hiermee activeert u de modus Kopiëren, waarmee u een document kunt kopiëren.
Foto's afdrukken Hiermee activeert u de modus Foto's afdrukken, waarmee u foto's kunt afdrukken die op een
geheugenkaart staan.
Scannen Hiermee activeert u de modus Scannen, waarmee u een document of foto kunt scannen.
Mijn briefpapier Hiermee activeert u de modus Mijn briefpapier, waarmee u allerlei originele dingen kunt
afdrukken, zoals lijntjespapier en kalenders, op basis van foto's op uw geheugenkaart.
Stille modus Hiermee geeft u de instelling Stille modus weer, waarmee u ervoor zorgt dat de printer
minder geluid maakt. Als u deze optie inschakelt, kan de afdruksnelheid minder zijn.
Afhankelijk van de door u gekozen instellingen voor het papiertype en de afdrukkwaliteit,
merkt u mogelijk niet veel verschil in het geluid dat de printer produceert.
Dit is een snelkoppeling naar het volgende menu.
Instellingen > Printerinstallatie > Stille modus
Instellingen Hiermee activeert u de modus Instellingen, waarmee u onderhoud kunt uitvoeren en printer-
en netwerkinstellingen kunt opgeven.
Wi-Fi instellen Hiermee geeft u menu's weer voor het instellen van de printer voor gebruik in een draadloos
netwerk. Dit is een snelkoppeling naar het volgende menu.
Instellingen Netwerkinstellingen > > Instellingen Wi-Fi
DHier staan de knoppen die u kunt gebruiken. In dit voorbeeld kunt u naar het geselecteerde menu gaan door op OK
te drukken.
Tekens invoeren
Als u via het bedieningspaneel tekens en symbolen wilt invoeren voor de netwerkinstellingen, gebruik dan de
knoppen
u
,
d
,
l
en
r
. Druk op de knop
u
of
d
om het gewenste teken te selecteren en druk vervolgens op de
knop
r
om de cursor te verplaatsen naar de volgende invoerpositie. Druk na aoop van het tekens invoeren op de
knop OK.
Hoe het weergegeven scherm eruitziet, hangt af van de gekozen instellingen. Dit is het scherm voor het invoeren
van het wachtwoord voor het Wi-Fi-netwerk.
Gebruikershandleiding
Basisprincipes van printer
17
Pictogrammen Beschrijving
Hiermee schakelt u tussen tekentypes.
ABC: hoofdletters
abc: kleine letters
123: cijfers en symbolen
u
d
Hiermee selecteert u het teken dat u wilt invoeren.
r
Hiermee verplaatst u de cursor naar rechts.
l
Hiermee wist u het teken links van de cursor (Backspace).
OK Hiermee voert u de geselecteerde tekens in.
Hiermee keert u terug naar het vorige scherm.
De tekenreeks "13By" invoeren als oefening
1. Druk tweemaal op de knop om het tekentype om te schakelen naar 123.
2. Druk tweemaal op de knop
u
om "1" te selecteren.
3. Druk eenmaal op de knop
r
om de cursor te verplaatsen en druk vervolgens viermaal op de knop
u
om "3" te
selecteren.
Gebruikershandleiding
Basisprincipes van printer
18
4. Druk eenmaal op de knop
r
om de cursor te verplaatsen en druk vervolgens op de knop om het tekentype
te veranderen in ABC. Druk tweemaal op de knop
u
om "B" te selecteren.
5. Druk eenmaal op de knop
r
om de cursor te verplaatsen en druk vervolgens op de knop om het tekentype
te veranderen in abc. Druk tweemaal op de knop
d
om "y" te selecteren.
6. Druk op de knop OK.
Gebruikershandleiding
Basisprincipes van printer
19
Opmerking:
Wi-Fi Direct-verbinding (eenvoudig toegangspunt) is een verbindingsmodus die is ontwikkeld als vervanging voor de ad-
hocmodus.
De printer kan tegelijk verbinding hebben via Wi-Fi en Wi-Fi Direct (eenvoudig toegangspunt). Als u echter een
netwerkverbinding start in Wi-Fi Direct (eenvoudig toegangspunt) wanneer de printer verbinding hee via Wi-Fi,
wordt de Wi-Fi-verbinding tijdelijk verbroken.
Gerelateerde informatie
&“Instellingen voor Wi-Fi Direct-verbinding (eenvoudig toegangspunt) congureren ” op pagina 26
Een computer verbinden
Het wordt aanbevolen het installatieprogramma te gebruiken om de printer te verbinden met een computer. U
kunt het installatieprogramma op een van de volgende manieren uitvoeren.
Instellen vanaf de website
Open de volgende website en voer de productnaam in.
http://epson.sn
Ga naar Instellen en klik vervolgens op Downloaden in het gedeelte voor downloaden en verbinden. Klik of
dubbelklik op het gedownloade bestand om het installatieprogramma uit te voeren. Volg de instructies op het
scherm.
Instellen met de soware-cd (alleen voor modellen die worden geleverd met een soware-cd en gebruikers die
beschikken over een computer met een schijfstation.)
Plaats de soware-cd in de computer en volg de instructies op het scherm.
De verbindingsmethode selecteren
Volg de instructies op het scherm totdat het volgende scherm wordt weergegeven en selecteer vervolgens de
gewenste methode om de printer met de computer te verbinden.
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
21
Volg de instructies op het scherm. De benodigde soware wordt geïnstalleerd.
Een smart device verbinden
U kunt de printer gebruiken vanaf een smart device wanneer u de printer verbindt met hetzelfde Wi-Fi-netwerk
(SSID) als het smart device. Als u de printer wilt gebruiken vanaf een smart device, stelt u dit in vanaf de volgende
website. Open de website vanaf een smart device waarmee u verbinding wilt maken met de printer.
http://epson.sn > Instellen
Opmerking:
Als u tegelijkertijd een computer en een smart device met de printer wilt verbinden, wordt aangeraden als eerste de
computer te verbinden.
De Wi-Fi-instellingen congureren op het
bedieningspaneel
Op het bedieningspaneel van de printer kunt u de netwerkinstellingen congureren. Nadat de printer verbinding
hee gemaakt met het netwerk, maakt u verbinding tussen de printer en het apparaat dat u wilt gebruiken
(computer, smartphone, tablet, enz.)
Gerelateerde informatie
&“Handmatig Wi-Fi-instellingen congureren” op pagina 23
&“Wi-Fi-instellingen congureren via de drukknopinstelling” op pagina 24
&“Wi-Fi-instellingen congureren via de PIN code-instelling (WPS)” op pagina 25
&“Instellingen voor Wi-Fi Direct-verbinding (eenvoudig toegangspunt) congureren” op pagina 26
Handmatig Wi-Fi-instellingen congureren
U kunt de gegevens die voor de verbinding met een toegangspunt nodig zijn handmatig opgeven op het
bedieningspaneel van de printer. Voor het handmatig instellen hebt u de SSID en het wachtwoord van een
toegangspunt nodig.
Opmerking:
Als u een toegangspunt met de standaardinstellingen gebruikt, gebruikt u de SSID die en het wachtwoord dat op het label
vermeld staan. Als u de SSID en het wachtwoord niet weet, neem dan contact op met de persoon die het toegangspunt hee
ingesteld of raadpleeg de documentatie van het toegangspunt.
1. Selecteer Instellingen Wi-Fi op het startscherm en druk vervolgens op de knop OK.
2. Selecteer Wi-Fi (aanbevolen) en druk vervolgens op de knop OK.
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
23
3. Druk op de knop OK.
4. Selecteer Wi-Fi instelwizard en druk vervolgens op de knop OK.
5. Selecteer de SSID voor het toegangspunt op het bedieningspaneel van de printer en druk op de knop OK.
Opmerking:
Als de SSID waarmee u wilt verbinden, niet wordt weergegeven op het bedieningspaneel van de printer, selecteert u
Nogm. zoeken om de lijst te vernieuwen. Als deze nog steeds niet wordt weergegeven, selecteert u Andere SSID's en
voert u de SSID rechtstreeks in.
Als u de SSID niet kent, controleer dan of deze vermeld staat op het label van het toegangspunt. Als u het
toegangspunt gebruikt met zijn standaardinstellingen, gebruikt u de SSID die op het label staat.
6. Voer het wachtwoord in en druk op de knop OK.
Selecteer of u al dan niet een netwerkverbindingsrapport wilt afdrukken na het voltooien van de instellingen.
Opmerking:
Het wachtwoord is hoofdlettergevoelig.
Als u het wachtwoord niet kent, controleer dan of het vermeld staat op het label van het toegangspunt. Als u het
toegangspunt gebruikt met zijn standaardinstellingen, gebruikt u het wachtwoord dat op het label staat. Het
wachtwoord kan ook een sleutel of wachtwoordzin worden genoemd.
Als u het wachtwoord voor het toegangspunt niet kent, raadpleegt u de documentatie die bij het toegangspunt is
geleverd of neemt u contact op met de persoon die dit hee ingesteld.
Als u geen verbinding kunt maken, laadt u papier en drukt u vervolgens op de knop om een
netwerkverbindingsrapport af te drukken.
Gerelateerde informatie
&“Tekens invoeren” op pagina 17
&“De status van de netwerkverbinding controleren” op pagina 27
&“Wanneer u de netwerkinstellingen niet kunt congureren ” op pagina 130
Wi-Fi-instellingen congureren via de drukknopinstelling
U kunt automatisch een Wi-Fi-netwerk instellen door op een knop op het toegangspunt te drukken. Als aan de
volgende voorwaarden is voldaan, kunt u deze manier van instellen gebruiken.
Het toegangspunt is compatibel met WPS (Wi-Fi Protected Setup).
De huidige Wi-Fi-verbinding is tot stand gebracht door op een knop op het toegangspunt te drukken.
Opmerking:
Als u de knop niet kunt vinden of als u instelt met behulp van de soware, raadpleeg dan de documentatie van het
toegangspunt.
1. Selecteer Instellingen Wi-Fi op het startscherm en druk vervolgens op de knop OK.
2. Selecteer Wi-Fi (aanbevolen) en druk vervolgens op de knop OK.
3. Druk op de knop OK.
4. Selecteer Drukknopinstelling (WPS) en druk vervolgens op de knop OK.
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
24
5. Houd de knop [WPS] op het toegangspunt ingedrukt tot het beveiligingslampje knippert.
Als u niet weet waar de [WPS]-knop zit, of als het toegangspunt geen knoppen hee, raadpleeg dan de
documentatie van het toegangspunt voor meer informatie.
6. Druk op de knop OK op het bedieningspaneel van de printer. Volg de instructies op het scherm die worden
weergegeven.
Opmerking:
Als de verbinding mislukt, start dan het toegangspunt opnieuw, zet het dichter bij de printer en probeer het nog een keer.
Als het nog steeds niet werkt, druk dan een netwerkverbindingsrapport af en controleer de oplossing.
Gerelateerde informatie
&“De status van de netwerkverbinding controleren” op pagina 27
&“Wanneer u de netwerkinstellingen niet kunt congureren” op pagina 130
Wi-Fi-instellingen congureren via de PIN code-instelling (WPS)
U kunt verbinding maken met een toegangspunt door gebruik te maken van een pincode. U kunt deze methode
gebruiken als uw toegangspunt WPS (Wi-Fi Protected Setup) ondersteunt. Gebruik een computer om een pincode
in te voeren in het toegangspunt.
1. Selecteer Instellingen op het startscherm en druk vervolgens op de knop OK.
2. Selecteer Netwerkinstellingen en druk vervolgens op de knop OK.
3. Selecteer Instellingen Wi-Fi op het startscherm en druk vervolgens op de knop OK.
4. Selecteer PIN-code (WPS) en druk vervolgens op de knop OK.
5. Gebruik uw computer om de pincode (acht cijfers) die op het bedieningspaneel van de printer wordt
weergegeven in te voeren in het toegangspunt. U hebt hier twee minuten de tijd voor.
Opmerking:
Raadpleeg de documentatie van het toegangspunt voor meer informatie over het invoeren van een pincode.
6. Druk op de knop OK.
Het instellen is voltooid wanneer dit wordt gemeld in een bericht.
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
25
Opmerking:
Als de verbinding mislukt, start dan het toegangspunt opnieuw, zet het dichter bij de printer en probeer het nog een keer.
Als het nog steeds niet werkt, druk dan een verbindingsrapport af en controleer de oplossing.
Gerelateerde informatie
&“De status van de netwerkverbinding controleren” op pagina 27
&“Wanneer u de netwerkinstellingen niet kunt congureren op pagina 130
Instellingen voor Wi-Fi Direct-verbinding (eenvoudig
toegangspunt) congureren
Deze methode maakt het mogelijk om de printer rechtstreeks, dus zonder toegangspunt, te verbinden met een
computer of smart device. De printer fungeert zelf als toegangspunt.
c
Belangrijk:
Wanneer u een computer of smart device verbindt met de printer met de Wi-Fi Direct-verbinding (eenvoudig
toegangspunt), is de printer verbonden met hetzelfde Wi-Fi-netwerk (SSID) als de computer of het smart device en
vindt communicatie tussen de beide apparaten plaats. Omdat de computer of het smart device automatisch wordt
verbonden met het andere verbindbare Wi-Fi-netwerk als de printer wordt uitgeschakeld, wordt niet opnieuw
verbinding gemaakt met het vorige Wi-Fi-netwerk als de printer wordt ingeschakeld. Maak vanuit de computer of
het smart device opnieuw verbinding met de SSID van de printer voor Wi-Fi Direct-verbinding (eenvoudig
toegangspunt). Als u niet steeds opnieuw verbinding wilt maken wanneer u de printer in- of uitschakelt, wordt
aangeraden een Wi-Fi-netwerk te gebruiken door de printer te verbinden met een toegangspunt.
1. Selecteer Instellingen Wi-Fi op het startscherm en druk vervolgens op de knop OK.
2. Selecteer Wi-Fi Direct en druk vervolgens op de knop OK.
3. Druk op de knop OK.
4. Druk op de knop OK om de installatie te starten.
5. Druk op de knop OK.
6. Kijk op het bedieningspaneel van de printer welke SSID en welk wachtwoord worden weergegeven. Selecteer
in het scherm Netwerkverbinding van de computer of het smart device de SSID die wordt weergegeven op het
bedieningspaneel van de printer om verbinding te maken.
7. Voer op de computer of het smart device het wachtwoord in dat wordt weergegeven op het bedieningspaneel
van de printer.
8. Nadat de verbinding is gemaakt, drukt u op de knop OK op het bedieningspaneel van de printer.
9. Druk op de knop OK.
Gerelateerde informatie
&“De status van de netwerkverbinding controleren” op pagina 27
&“Wanneer u de netwerkinstellingen niet kunt congureren” op pagina 130
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
26
De status van de netwerkverbinding controleren
De netwerkstatus controleren met het netwerkpictogram
U kunt de status van de netwerkverbinding controleren aan de hand van het netwerkpictogram op het startscherm
van de printer. Het pictogram verandert volgens verbindingstype en signaalsterkte.
Gerelateerde informatie
&“Uitleg bij het startscherm” op pagina 16
Een netwerkverbindingsrapport afdrukken
U kunt een netwerkverbindingsrapport afdrukken om de status tussen de printer en het toegangspunt te
controleren.
1. Papier laden.
2. Selecteer Instellingen op het startscherm en druk vervolgens op de knop OK.
3. Selecteer Netwerkinstellingen > Ve rbi nd in gs cont rol e.
De verbindingscontrole wordt gestart.
4. Druk op de knop
x
om het netwerkverbindingsrapport af te drukken.
Als er een fout is opgetreden, controleer dan het netwerkverbindingsrapport en volg de afgedrukte
oplossingen.
Gerelateerde informatie
&“Berichten en oplossingen op het netwerkverbindingsrapport” op pagina 28
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
27
Code Oplossing
E-2
E-3
E-7
Controleer of het toegangspunt is ingeschakeld.
Controleer of de computer of andere apparaten correct zijn verbonden met het toegangspunt.
Plaats de printer dicht bij het toegangspunt. Verwijder alle obstakels ertussen.
Als u de SSID handmatig hebt ingevoerd, moet u controleren of deze correct is. Controleer het SSID-adres in
het gedeelte Netwerkstatus van het netwerkverbindingsrapport.
Om een netwerk tot stand te brengen met drukknopinstelling, moet u controleren of het toegangspunt WPS
ondersteunt. Als dit geen WPS ondersteunt, kunt u geen netwerk tot stand brengen met drukknopinstelling.
Controleer of alleen ASCII-tekens (alfanumerieke tekens en symbolen) worden gebruikt voor de SSID. De
printer kan geen SSID weergeven die andere tekens dan ASCII-tekens bevat.
Controleer de SSID en het wachtwoord voordat u verbinding maakt met het toegangspunt. Als u een
toegangspunt met de standaardinstellingen gebruikt, gebruikt u de SSID en het wachtwoord die op het
label vermeld staan. Als u de SSID en het wachtwoord niet weet, neem dan contact op met de persoon die
het toegangspunt heeft ingesteld of raadpleeg de documentatie van het toegangspunt.
Wanneer u verbinding wilt maken met een SSID die is gegenereerd via de tethering-funtie op een smart
device, controleert u de SSID en het wachtwoord in de documentatie die is meegeleverd met het smart
device.
Als de wi-verbinding plots wordt verbroken, controleert u het volgende. Indien een van deze situaties van
toepassing is, herstelt u de netwerkinstellingen met behulp van het installatieprogramma. U kunt dit
uitvoeren vanaf de volgende website.
http://epson.sn > Instellen
Er is een ander smart device aan het netwerk toegevoegd met de drukknopinstallatie.
Het wi-netwerk is ingesteld met een andere methode dan drukknopinstallatie.
E-5 Zorg dat het beveiligingstype van het toegangspunt is ingesteld op een van de volgende opties. Als dat niet het
geval is, wijzigt u het beveiligingstype op het toegangspunt en stelt u de netwerkinstellingen van de printer
opnieuw in.
WEP-64 bit (40-bits)
WEP-128 bit (104-bits)
WPA PSK (TKIP/AES)
*
WPA2 PSK (TKIP/AES)
*
WPA (TKIP/AES)
WPA2 (TKIP/AES)
* : WPA PSK is ook bekend als WPA Personal. WPA2 PSK is ook bekend als WPA2 Personal.
E-6 Controleer of het MAC-adreslter is uitgeschakeld. Als dit is ingeschakeld, registreert u het MAC-adres van de
printer zodat het niet wordt gelterd. Raadpleeg de documentatie van het toegangspunt voor details. U
kunt het MAC-adres van de printer controleren in het gedeelte Netwerkstatus van het
netwerkverbindingsrapport.
Als de gedeelde vericatie van het toegangspunt is ingeschakeld in de WEP-beveiligingsmethode, moet u
ervoor zorgen dat de vericatiesleutel en index correct zijn.
E-8 Schakel DHCP in op het toegangspunt wanneer IP-adres verkrijgen van de printer is ingesteld op
Automatisch.
Als IP-adres verkrijgen van de printer is ingesteld op handmatig, is het IP-adres dat u handmatig instelt
buiten bereik (bijvoorbeeld: 0.0.0.0) en is dit uitgeschakeld. Stel een geldig IP-adres in op het
bedieningspaneel van de printer of via Web Cong.
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
29
Code Oplossing
E-9 Controleer het volgende.
Apparaten worden ingeschakeld.
U kunt toegang krijgen tot internet en andere computer of netwerkapparaten op hetzelfde netwerk van de
apparaten die u met de printer wilt verbinden.
Als het probleem zich nog steeds voordoet nadat u het bovenstaande hebt gecontroleerd, herstelt u de
netwerkinstellingen met behulp van het installatieprogramma. U kunt dit uitvoeren vanaf de volgende website.
http://epson.sn > Instellen
E-10 Controleer het volgende.
Andere apparaten op het netwerk worden ingeschakeld.
Netwerkadressen (IP-adres, subnetmasker en standaard gateway) zijn correct als u IP-adres verkrijgen van de
printer hebt ingesteld op Handmatig.
Stel het netwerkadres opnieuw in als het onjuist is. U kunt het IP-adres, het subnetmasker en de
standaardgateway controleren in het gedeelte Netwerkstatus van het netwerkverbindingsrapport.
Als DHCP is ingeschakeld, wijzigt u IP-adres verkrijgen van de printer in Automatisch. Als u het IP-adres
handmatig wilt instellen, controleert u het IP-adres van de printer in het gedeelte Netwerkstatus van het
netwerkverbindingsrapport en selecteert u vervolgens Handmatig in het scherm Netwerkinstellingen. Stel het
subnetmasker in op [255.255.255.0].
E-11 Controleer het volgende.
Het standaard gateway-adres is correct wanneer u de TCP/IP-instelling van de printer instelt op Handmatig.
Het apparaat dat is ingesteld als de standaard gateway, wordt ingeschakeld.
Stel het juiste standaard gateway-adres in. U kunt het standaard gatewayadres van de printer controleren in het
gedeelte Netwerkstatus van het netwerkverbindingsrapport.
E-12 Controleer het volgende.
Andere apparaten op het netwerk worden ingeschakeld.
De netwerkadressen (IP-adres, subnetmasker en standaard gateway) zijn correct als u ze handmatig invoert.
De netwerkadressen voor andere apparaten (subnetmasker en standaard gateway) zijn dezelfde.
Het IP-adres komt niet in conict met andere apparaten.
Als dit nog steeds niet werkt nadat u het bovenstaande hebt gecontroleerd, probeert u het volgende.
Congureer met behulp van het installatieprogramma netwerkinstellingen op de computer die met
hetzelfde netwerk is verbonden als de printer. U kunt dit uitvoeren vanaf de volgende website.
http://epson.sn > Instellen
U kunt meerdere wachtwoorden registreren op een toegangspunt dat het WEP-beveiligingstype gebruikt.
Als er meerdere wachtwoorden zijn geregistreerd, moet u controleren of het eerste geregistreerde
wachtwoord op de printer is ingesteld.
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
30
Wi nd ow s
Selecteer De verbindingsmethode wijzigen of resetten in het scherm Soware-installatie selecteren en klik
vervolgens op Volgend e.
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
33
Een Wi-Fi Direct-verbinding (eenvoudig
toegangspunt) verbreken vanaf het
conguratiescherm
Opmerking:
Wanneer de Wi-Fi Direct-verbinding (eenvoudig toegangspunt) wordt uitgeschakeld, wordt de verbinding voor alle
computers en smart devices die met de printer zijn verbonden in Wi-Fi Direct-verbinding (eenvoudig toegangspunt)
verbroken. Als u de verbinding met een speciek apparaat wilt verbreken, doe dit dan op het apparaat in kwestie en niet op
de printer.
1. Selecteer Instellingen op het startscherm.
2. Selecteer Netwerkinstellingen.
3. Selecteer Instellingen Wi-Fi.
4. Selecteer Wi-Fi Direct instellen.
5. Selecteer Wi-Fi Direct uitschakelen.
6. Controleer het bericht en selecteer Ja.
De netwerkinstellingen herstellen op het
bedieningspaneel
U kunt alle netwerkinstellingen terugzetten op de standaardinstellingen.
1. Selecteer Instellingen op het startscherm.
2. Selecteer Herstel standaard instellingen > Netwerkinstellingen.
3. Controleer het bericht en selecteer Ja.
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
35
Papier laden
Voorzorgsmaatregelen voor papierverwerking
Lees de instructiebladen die bij het papier worden geleverd.
Waaier papier en leg de stapel recht voor het laden. Fotopapier niet waaieren of buigen. Dit kan de afdrukzijde
beschadigen.
Als het papier omgekruld is, maakt u het plat of buigt u het vóór het laden lichtjes de andere kant op. Afdrukken
op omgekruld papier kan papierstoringen of vlekken op de afdruk veroorzaken.
Gebruik geen papier dat golvend, gescheurd, gesneden, gevouwen, vochtig, te dik of te dun is of papier met
stickers op. Het gebruik van deze papiersoorten kan papierstoringen of vlekken op de afdruk veroorzaken.
Waaier enveloppen en leg ze recht op elkaar voor het laden. Als de gestapelde enveloppen lucht bevatten, maakt
u ze plat om de lucht eruit te krijgen voordat ze worden geladen.
Gebruik geen omgekrulde of gevouwen enveloppen. Het gebruik van dergelijke enveloppen kan papierstoringen
of vlekken op de afdruk veroorzaken.
Gebruik geen enveloppen met zellevende oppervlakken of vensters.
Vermijd het gebruik van enveloppen die te dun zijn aangezien die kunnen omkrullen tijdens het afdrukken.
Gerelateerde informatie
&“Printer specicaties” op pagina 148
Gebruikershandleiding
Papier laden
36
Beschikbaar papier en capaciteiten
Epson raadt aan om origineel Epson-papier te gebruiken om afdrukken van hoge kwaliteit te krijgen.
Origineel Epson-papier
Medianaam Grootte Laadcapaciteit
(vellen)
Handmatig
dubbelzijdig
afdrukken
Randloos
afdrukken
Epson Bright White Ink Jet
Paper
A4 80
*
Epson Ultra Glossy Photo
Paper
A4, 13×18 cm, 10×15 cm 20
Epson Premium Glossy
Photo Paper
A4, 13×18 cm, 16:9
breedbeeld, 10×15 cm
20 –
Epson Premium Semigloss
Photo Paper
A4, 10×15 cm 20
Epson Photo Paper Glossy A4, 13×18 cm, 10×15 cm 20
Epson Matte Paper-
Heavyweight
A4 20 –
Epson Photo Quality Ink Jet
Paper
A4 80 –
* Voor handmatig dubbelzijdig afdrukken geldt dat u maximaal 30 pagina's kunt laden waarvan één zijde al is bedrukt.
Opmerking:
De beschikbaarheid van papier verschilt per locatie. Neem contact op met Epson Support voor de recentste informatie over
beschikbaar papier in uw omgeving.
Commercieel beschikbaar papier
Medianaam Grootte Laadcapaciteit
(vellen)
Handmatig
dubbelzijdig
afdrukken
Randloos
afdrukken
Gewoon papier
*1
Letter
*2
, A4, B5
*2
, A5
*2
, A6
*2
Tot aan de lijn met
het driehoekje op de
zijgeleider.
*3
Legal
*2
1
Gebruikergedenieerd
*2
Envelop
*2
Envelop #10, Envelop DL,
Envelop C6
10 – –
*1 De laadcapaciteit voor vooraf geperforeerd papier is één vel.
*2 Alleen afdrukken vanaf een computer is beschikbaar.
*3 Voor handmatig dubbelzijdig afdrukken geldt dat u maximaal 30 pagina's kunt laden waarvan één zijde al is bedrukt.
Gebruikershandleiding
Papier laden
37
2. Schuif de zijgeleider naar links.
3. Laad papier verticaal langs de rechterzijde van de papiertoevoer achter met de afdrukzijde naar boven.
c
Belangrijk:
Laad niet meer dan het maximale aantal pagina's voor de specieke papiersoort. Let er bij gewoon papier op
dat het niet boven de streep met het driehoekje op de zijgeleider komt.
Enveloppen
Gebruikershandleiding
Papier laden
39
Papier met perforatie
Opmerking:
Laad losse vellen papier niet met de perforatorgaten bovenaan of onderaan.
Pas de afdrukpositie van uw bestand aan zodat u niet over de perforatorgaten heen afdrukt.
4. Schuif de zijgeleider naar de rand van het papier en sluit vervolgens de doorvoerbeveiliging.
5. Controleer de instellingen voor het papierformaat en papiertype op het bedieningspaneel. Als u de instellingen
wilt gebruiken, selecteert u Bevestigen met de knop
u
of
d
. Vervolgens drukt u op OK en gaat u naar stap 7.
Als u de instellingen wilt wijzigen, selecteert u Wi jzigen met de knop
u
of
d
. Vervolgens drukt u op de knop
OK en gaat u naar de volgende stap.
c
Belangrijk:
Het scherm voor de papierinstelling wordt niet weergegeven als het papier niet is geladen aan de rechterkant
van de papiertoevoer achter. Wanneer u begint af te drukken, krijgt u een foutmelding.
Gebruikershandleiding
Papier laden
40
Opmerking:
Er wordt een melding weergegeven wanneer de vastgelegde instellingen voor papierformaat en -type afwijken van de
afdrukinstellingen.
Het scherm met papierinstellingen wordt niet weergegeven als u Papierconguratie hebt uitgeschakeld in de
volgende menu's. In dit geval kunt u niet afdrukken met AirPrint.
Instellingen > Printerinstallatie > Papierbroninst. > Papierconguratie
6. Selecteer in het scherm voor het instellen van het papierformaat het papierformaat met de knop
l
of
r
en
druk vervolgens op de knop OK. Selecteer op dezelfde manier het papiertype in het scherm voor het instellen
van het papiertype en druk vervolgens op de knop OK. Bevestig de instellingen en druk vervolgens op de knop
OK.
Opmerking:
U kunt het scherm met instellingen voor het papierformaat en papiertype ook weergeven door de volgende menu's te
selecteren.
Instellingen > Printerinstallatie > Papierbroninst. > Papier instellen
7. Schuif de uitvoerlade uit en klap de stop omhoog.
Opmerking:
Plaats het resterende papier terug in de verpakking. Als u het in de printer laat, kan het papier omkrullen of kan de
afdrukkwaliteit achteruitgaan.
Gerelateerde informatie
&“Voorzorgsmaatregelen voor papierverwerking” op pagina 36
Gebruikershandleiding
Papier laden
41
&“Beschikbaar papier en capaciteiten” op pagina 37
Gebruikershandleiding
Papier laden
42
Originelen plaatsen
Originelen op de Scannerglasplaat plaatsen
c
Belangrijk:
Plaatst u omvangrijke originelen zoals boeken, zorg er dan voor dat er geen extern licht op de scannerglasplaat
schijnt.
1. Open het documentdeksel.
2. Verwijder stof en vlekken van de scannerglasplaat.
3. Plaats het origineel met de bedrukte zijde omlaag en duw het tegen de hoekmarkering.
Opmerking:
De eerste 1,5 mm vanaf de rand van de scannerglasplaat wordt niet gescand.
4. Sluit het deksel voorzichtig.
5. Verwijder de originelen na het scannen.
Opmerking:
Als u de originelen langdurig op de scannerglasplaat laat liggen, kunnen ze aan het oppervlak van het glas kleven.
Gebruikershandleiding
Originelen plaatsen
43
Meerdere foto's plaatsen om te scannen
U kunt meerdere foto's tegelijk scannen in Fotomodus in Epson Scan 2 wanneer u umbnail selecteert in de lijst
boven in het voorbeeldvenster.
Gebruikershandleiding
Originelen plaatsen
45
Een geheugenkaart plaatsen
Ondersteunde geheugenkaarten
miniSD
*
miniSDHC
*
microSD*
microSDHC
*
microSDXC
*
SD
SDHC
SDXC
* Gebruik een geschikte adapter voor de geheugenkaartsleuf. Anders kan de kaart vast komen te zitten.
Gerelateerde informatie
&“Ondersteunde geheugenkaartspecicaties” op pagina 152
Een geheugenkaart plaatsen en verwijderen
1. Plaats een geheugenkaart in de printer.
De printer begint de gegevens te lezen en het lampje knippert. Wanneer de printer klaar is met lezen, blij het
lampje branden.
c
Belangrijk:
Plaats een geheugenkaart rechtstreeks in de printer.
De kaart kan er niet volledig in. Probeer de kaart niet volledig in de sleuf te duwen.
Gebruikershandleiding
Een geheugenkaart plaatsen
46
2. Wanneer u klaar bent met de geheugenkaart, kunt u de geheugenkaart verwijderen nadat u hebt gecontroleerd
of het lampje niet knippert.
c
Belangrijk:
Als u de geheugenkaart verwijdert terwijl het lampje knippert, kunt u gegevens op de geheugenkaart
kwijtraken.
Opmerking:
Als u de geheugenkaart opent vanaf een computer, moet u de computer gebruiken om het verwisselbare apparaat veilig
te verwijderen.
Gerelateerde informatie
&“Een geheugenkaart benaderen vanaf een computer” op pagina 157
Gebruikershandleiding
Een geheugenkaart plaatsen
47
Afdrukken
Afdrukken via het bedieningspaneel
Foto's afdrukken door ze te selecteren op een geheugenkaart
1. Laad papier in de printer.
c
Belangrijk:
Congureer de instellingen voor het papier op het bedieningspaneel.
2. Plaats een geheugenkaart in de printer.
c
Belangrijk:
Verwijder de geheugenkaart pas wanneer u klaar bent met afdrukken.
3. Ga in het startscherm naar Foto's afdrukken met de knop
l
of
r
en druk vervolgens op de knop OK.
4. Selecteer een foto met de knop
l
of
r
en stel vervolgens het aantal exemplaren in met de knop
u
of
d
.
Herhaal deze procedure wanneer u meer dan één foto wilt afdrukken.
5. Druk op de knop OK om het scherm voor het bevestigen van de afdrukinstellingen weer te geven.
6. Als u de afdrukinstellingen wilt wijzigen, drukt u op de knop
d
om het scherm met instellingen weer te geven.
Gebruik de knop
u
of
d
om instellingen zoals het papierformaat en papiertype te selecteren en pas de
instellingen aan met de knop
l
of
r
. Druk na aoop op de knop OK.
7. Druk op de knop
x
.
Gerelateerde informatie
&“Papier in de Papiertoevoer achter laden” op pagina 38
&“Lijst met papiertypes” op pagina 38
&“Een geheugenkaart plaatsen” op pagina 46
&“Menuopties voor de modus Foto's afdrukken” op pagina 50
Gebruikershandleiding
Afdrukken
48
Gelinieerd papier, kalenders en origineel briefpapier afdrukken
U kunt gemakkelijk gelinieerd papier, kalenders en origineel briefpapier afdrukken met behulp van het menu Mijn
briefpapier.
1. Laad papier in de printer.
c
Belangrijk:
Congureer de instellingen voor het papier op het bedieningspaneel.
2. Plaats de geheugenkaart in de printer als u briefpapier wilt afdrukken met een foto van uw geheugenkaart.
3. Ga in het startscherm naar Mijn briefpapier met de knop
l
of
r
en druk vervolgens op de knop OK.
4. Selecteer een menu-item met de knop
l
of
r
en druk vervolgens op de knop OK.
5. Volg de afdrukinstructies op het scherm.
Gerelateerde informatie
&“Papier in de Papiertoevoer achter laden” op pagina 38
&“Lijst met papiertypes” op pagina 38
&“Een geheugenkaart plaatsen” op pagina 46
&“Menuopties voor het afdrukken van gelinieerd papier, kalenders en origineel briefpapier” op pagina 49
&“Menuopties voor de modus Foto's afdrukken” op pagina 50
Menuopties voor het afdrukken van gelinieerd papier, kalenders en origineel
briefpapier
Gelinieerd papier
Drukt sommige soorten gelinieerd papier, graekpapier of muziekpapier af op A4.
Briefpapier
Gebruikershandleiding
Afdrukken
49

Termékspecifikációk

Márka: Epson
Kategória: nyomtató
Modell: XP-343

Szüksége van segítségre?

Ha segítségre van szüksége Epson XP-343, tegyen fel kérdést alább, és más felhasználók válaszolnak Önnek




Útmutatók nyomtató Epson

Útmutatók nyomtató

Legújabb útmutatók nyomtató

Kyocera

Kyocera FS-9520DN Útmutató

10 Április 2025
OKI

OKI C9655 Útmutató

10 Április 2025
OKI

OKI B2500 MFP Útmutató

10 Április 2025
OKI

OKI C830N Útmutató

10 Április 2025
Lexmark

Lexmark E 342n Útmutató

10 Április 2025
Mitsubishi

Mitsubishi P93E Útmutató

9 Április 2025